HET SCIIIETEX VAi\ ÖSIZE INFANTERIE. Met een figuur in den tekst. anl1- feen/lgemeM bekend dat de schiet vaardigheid van in 't i! 1 te Wenschen overlaat- vooral als men daarbij i f 10u 1 dafc de schutters allen vrijwilligers zijn en dus gelegenheid te over gehad hebben om zich tot uitstekend schut ter te vormen. Willen wij, met ons klein leger, eenigen kans hebben op een gunstig verloop van een strijd met een B.V., dan is zeer zeker een groote schietvaardigheid onzer infanterie noodzakelijk leden te over dus, om deze vaardigheid tot een maximum op te voeren en om allerminst tevreden te zijn met de tegen woordige resultaten. Deze te verkrijgen resultaten zijn afhankelijk: cl. van t gehalte van den schutter; b. van het geweer, dat hij gebruikt; c. van den onderwijzer; d van het oefeningssysteem, dat door bovengenoemden ondei wijzer (moet) gebezigd wordt (worden). ad a. het gehalte van den schutter. Een eerste vereischte voor een goed schutter is, voldoende lichaamskracht om het geweer een stevigen stand in den schou der te verzekeren, hetwelk ontwikkeld wordt door gymnastiek. Beschikken toch vele Europeanen en Amboineezen over vol doende lichaamskracht, onder de Inlanders zijn er velen voor wie het geweer te zwaar is, waarom veelal wordt aanbevolen et geweer te verlichten. O.i. is dat niet noodzakelijk, men altyd winsT" deü maD St6rker mak6n; lichaamskracht is Ook het moreel van den man is van grooten invloed op het geen hij als schutter praesteert. Vooral bij recruten is het de taak van den onderwijzer dit moreel te verhoogen, zoodat de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1907 | | pagina 80