86 -
bijdragen in de ons toegezonden nummers staan ons borg, dat Mavors
den juisten weg zal weten te bewandelen.
KADER-WEEKBLAD tevens Militair Sport-
Orgaan. Hoofdredacteur: D .II. Schilling, re
serve le luitenant. Uitgevers: Nijgh van
Ditmar, Rotterdam.
Hebben de officieren van het Nederlandsche Leger de gelegenheid ver
schillende vakbladen te kunnen raadplegen, buiten de Soldatencourant
bestond er voor het Ivader in Nederland geen enkel weekblad. Deze
Soldatencourant nu, het Weekblad voor Militairen en voor allen, die
belang stellen in Leger en Yloot, heeft na een bestaan van tien jaren,
waarvan vooral de laatste kwijnend mogen worden genoemd, opgehouden
te verschijnen, waarvan het gevolg zou zijn, dat militairen benoden den
rang van officier in het Nederlandsche Leger geen enkel orgaan zouden
bezitten. In een tijd evenwel, waarin revolutionaire elementen, die in
tijden van gevaar mede hun plaats in het Leger komen innemen, wèl
hunne bladen hebben, of weten waar hunne voor 's Lands weerbaarheid
schadende artikelen te plaatsen, moet het handhaven van een blad, waar
in de goedgezinde elementen, die dan toch verreweg de overgroote meer
derheid vormen, van hun streven en werken getuigenis kunnen afleggen,
urgent genoemd worden. Die urgentie gaf het licht aan het Kader-Week
blad, welke in de plaats zal verschijnen van de voormalige Soldaten
courant. Toch mag dit weekblad in geen opzicht beschouwd worden
dezelfde, doch in een ander gewaad gehulde Soldatencourant te zijn. De
strekking is een geheel andere; deed de naam Soldatencourant denken
aan een beroepsleger, de naam Kader-Weekblad is meer in overeenstem
ming met den huidigen legervorm in Nederland, nml. met dien van een
Kaderleger. Voorts waarborgt de redactie, dat gearbeid zal worden voor
alle soorten van Kader, die in dagen van strijd deel zulken uitmaken
van het Nederlandsche Leger, dus voor beroeps-, verlofs-, reserve-, militie-
en landweerkader.
Aangenaam trof hot ons in dit Nederlandsche Kader-Weekblad ook een be
langrijke plaats te zien ingeruimd aan mededeelingen de Koloniën betreffende.
Hetgeen dit blad zal kunnen presteeren, hangt natuurlijk in de eerste
plaats af van het aantal abonné's. Waar de wil, de ernstige wil bij
redactie en uitgevers voorzit om dit blad te maken tot datgene, wat de
Soldatencourant niet heeft kunnen zijn, gelooven wij, dat het zijn weg
in de kazernes en overige militaire inrichtingen wel zal vinden.
Neemt het aantal abonné's flink toe, dan zal zelfs een bijblad ver
schijnen met een eigen hoofd: Militair Orgaan voor Sport en Weerbaar-