128 Wanneer in den samengestelden, juist-snellen aanslag groote bedrevenheid is verkregen, gaat de onderwijzer over tot het meten van den tijd, die verloopt tusschen het Co. „Aan" en het vallen van het schot. De waardeering van een schot ge schiedt dan door vermenigvuldiging van het trefcijfer met dien tijd. De behaalde trefcijfers en de waardeeringen worden één maal onderstreept, indien de schutter de afwijking goed heeft aangegeven, en dubbel onderstreept, indien hij de plaats, waar z.i. het schot moet zitten, vrij nauwkeurig (afhankelijk van den afstand) heeft aangeduid D- Tot meting van den tijd wordt gebruik gemaakt van^ een secondeslinger, zoo mogelijk van een tertshorloge 2). Bij ge bruikmaking van een secondeslinger worden halve seconden in rekening gebracht; bij een tertshorloge vijfde deelen van een seconde. Niet te meten onderdeelen worden in het voor deel van den schutter verwaarloosd. Bij de voortgezette oefeningen laat de onderwijzer 2 schoten onmiddellijk na elkaar afgeven, ten einde deze moeilijke aan- eenkoppeling te beoefenen. Vervolgens 3, 4 en 5 pationen achtereen. Bij het 5-patronenvuur kunnen ook 2 gedeeltelijk gevulde houders worden gebruikt, ten einde den ook zoo moei lijken overgang van houder op houder te beoefenen. Tot het verder ontwikkelen van de spieren kunnen bij de voortgezette oefeningen meerdere houders achtereen woiden verschoten, doch alleen met exercitie- en losse pationen De waardeering van de uitkomst van het vei schieten van meerdere patronen achtereen geschiedt als bij het enkele schot, doch nu worden de totalen met elkander vermenigvuldigd. Bij gelijke producten verdient het aanbeveling, hèm hooger te waar- deeren, bij wien de factor tijd het kleinste is. De onderwijzer wijst er de leerlingen op, dat de snelheid van 1) Over de wijze, waarop aanteekening worde gehouden van de schietoefeningen, hopen wij later onze meening te kunnen geven. Het bovengenoemde onderstreepen komt ons omslachtig en tjjdroovend voor. 2) Ook worden aan de Xormaal-Schietschool proeven genomen met een toestel, dat -we het best kunnen vergelijken met een zandlooper, die op ieder gewenscht oogenblik stop gezet kan worden. ij) Dat hiervoor geen scherpe patronen No. 1 worden gebezigd is een zuinigheids maatregel.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 148