148 cursussen als meer uitgebreide korpsscholen te beschouwen, voor de laatste cursus wordt de candidaat overgeplaatst. Bij kalme overdenking is het stelsel rijk aan ongedachte voor- deelen en volstrekt niet moeilijk in te voeren. YoordeelenEen geregelde versche stroom van jonge krachten door het Leger. Voor de andere Departementen eene gewenschte aanvulling van lieden, die reeds hebben leeren dienen, gehoorzamen en zich doen gehoorzamen, en weten wat orde en stiptheid beteekenen. Voor het Gouvernement le. een zich gestadig uitbreidende Legerreserve, want de staat eischt overal in ruil voor deze levensverzorging eene verbintenis bij de reserve, hetzij landweer of landstorm 2e. een oeconomisch gebruik harer dienaren, want bij overgang in een anderen tak van dienst wordt het recht op pensioen behouden en telt de diensttijd gewoon door op den voet als dat reeds geregeld is bij art. 3 en 4 van het Burgerlijk Pen sioen Reglement. Nu is na 12 jaren dienst al een pensioen verzekerd, wanneer niemand er aan denkt om daarvan te gaan leven. Trouwens, het kan nooit zoo hoog worden opgevoerd, dat het een zeker bestaan verzekerd, want voor het Leger is het niet wenschelijk hare mindere militairen zoo oud te laten worden; 3e. een kern van betrouwbaar personeel in moeilijke om standigheden, en als gevolg van het voorgaande, door het erkennen van het Leger als een oefenschool voor andere betrek kingen, 4e. het wegvallen van de scheidsmuurdie het nu nog afge scheiden houdt van de overige Indische Maatschappij. Verdere uitweiding is overbodig. Hoe die aangelegenheid is te regelen, is van later zorg. Eenmaal het beginsel aanvaard dan wijst de weg zich van zelf. Het eenige noodige is: onderling overleg en samenwerking van alle Departementen van Algemeen Bestuur, om vast te stellen welke betrekkingen voor capitulanten in aanmerking komen, de gemiddelde jaarlijksche aanvulling (behoefte) en de te stellen eischen. Daarmede wordt aan alle voorbereidend onderwijs eene vaste

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 168