216 Bepalingen met het oog op den vredestoestand. De oorlogstoestand treedt ten 4 u. v. m. in. Op dat tijdstip moet de voorpostenopstelling door deleComp. 4e Bat. volledig zijn ingenomen. Met het oog op het gering aantal troepen zijn de dekkingen voor de Cavalerie, de peilpost en de peilpatrouille fictief. Mondeling aan: alle Commandanten. VERLOOP DER OEFENING. Ingevolge het gegeven bevel trok het le Esk. Cav. O.P. in den vroegen morgen van den 29en Juli langs den hoofdweg in W. richting, werd ten 7 u. 30 v.m. door eene Cav. patr. W P. van af paal 32 aan den weg Soemedang-Paseh waargenomen bijl. II, 1), ontving daarna bij Bodjongdjati vuur van de aldaar opgestelde veldwacht No. 2 W.P., en trok met achterlating van 1 pel. terug, teneinde N. waarts te omtrekken (bijl. II, 2)ge durende den verderen dag werd van dit eskadron niets meer vernomen. Ook de W. Cav., opgesteld ingevolge brigadebevel No. 2 (blz. 214 punt 2), zooals uit plaat 3, oleaat 2 en bijl. II, 3 blijkt, bemerkte den geheelen dag niets van de vijand. Cav. of van andere vijand, afdeelingen. De verrichtingen der beide colonnes O.P. waren de navol gende. De Noordcolonne O.P. Deze marcheerde ingevolge opdracht (zie marschbevel O.P. blz. 202 ad. 4) met de navolgende indeeling: Voorhoede: le Comp. 9de Bat Inf. Afstand: gedurende den nacht: gezichtsverband, bij het aanbreken van den dag: 400 M. Hoofdcolonne. 2de Comp. 9 Bat. Inf. Houwitserbatt. 3e Comp. 9e Bat. Inf. (gemarkeerd). 1 pel. 4de Comp. 9e Bat. Inf. (gemarkeerd).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 238