225 is geworden, ten volle beantwoord hebben aan het beoogde doel. En dan is het hier misschien de plaats te vragen of het niet gewenscht ware om de Wielrijders, die in oorlogstijd niet in het compagniesverband als zelfstandig strijdbaar geheel, maar als ordonnansen, toegevoegd aan de verschillende afdee- lingen, gebezigd worden, reeds in vredestijd als zoodanig inde verschillende garnizoenen te gebruiken. De Wielrijderscomp. zou dan verdeeld kunnen worden b.v. over Weltevreden, Tjimahi, Magelang en Soerabaia. In deze garnizoenen zouden ze dan bij de grootere oefeningen gebruikt kunnen worden ais ordonnansen, en zij zouden ook buiten Weltevreden en Mr. Cornells en vooral daar, waar geen Cav. in garnizoen is, uitstekende diensten kunnen bewijzen, die zoo wel aan de bevelvoering als aan de beoefening van den verken- nings- en veiligheidsdienst ten goede zouden komen. 1) In elk dan wel in één dier garnizoenen zou de oefening der Wielrijders onders leiding van een luitenant kunnen plaats vinden, om hen daarna naar de andere garnizoenen te diri- geeren, terwijl de comdt. der Wielrijders Comp. belast zou kunnen blijven met de algemeene leiding en inspectie, met b.v. Magelang als standplaats. Ook de veldtelegraaf geeft gedurende de manoeuvres uitste kende diensten bewezen. De toegevoegde telegraafafdeeling was uitgerust met: 1 kabelwagen bespannen met 4 paarden, met 10 K.M. lijn. 1 proefkabelkar „3 8 1 proef voorpostenkar „2 4 2 grobakken, elk 2 ingericht tot ver voer van kabels, met 11 K.M. lijn, totaal. 22 K.M. lijn. Yoor „Ordonnanztoestellen," een handtelefoonkabel v. 1 K.M. lijn. Totaal kon zij derhalve beschikken over 45 K.M. lijn. Gelegd werden (zie plaat 1 en 3 en oleaat 2.): 1) Het spreekt van zelf, dat waar men hen dan dienst laat doen als strijdbare "wielrijders, hun daD ook een met deze taak in overeenstemming zijnde bewapening {karabijn) dient verstrekt te worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 247