Eenige Opmerkingen
Leidraad Pionieroefeningen Infanterie»
naar aanleiding- van den verschenen
Het nieuwe regiementje is aanzienlijk minder volumineus
dan het vorige. De eerste indruk, die het verwekte, was dan
ook een aangenameevenwel, bij nadere kennismaking maakte
deze aangename indruk al ras plaats voor een gevoel van teleur
stelling. Yoor wie is namelijk deze Leidraad bestemd? Voor
de officieren en het Europeesche kader. Voor gegradueerden, die
als zoodanig uit Europa aankomen, is het voorschrift absoluut
onvoldoende, om zich zelf eenig begrip te geven omtrent het
gebruik van Indische materialenvoor het kader in het algemeen
biedt het boekje zeer weinig gelegenheid om het praktisch
geleerde nog eens de revue te doen passeeren. Mocht de thans
vervallen Leidraad ni'-t in alle opzichten een ideaal zijn, voor
het hier omschreven doel is het steeds een nuttig boekje geweest
Voor officieren is een werkje als de nieuwe Leidraad mijns
inziens overbodig, maar, bestaat er behoefte aan eene handleiding,
dan kan dit boekje in geen enkel opzicht voldoende worden
geacht. Overbodig is het voor hen, die thuis zijn in de op dit
gebied bestaande werken, b. v. van der Maaten en Snijders, om
slechts de meest bekende te vermeldenvoor hen, waarvan dit
niet gezegd kan worden (laten wij hopen, dat het er slechts
weinigen zijn) geeft het nieuwe voorschrift al zeer vage
Anhaltspunkte. In 20 wordt wel is waar een beroep gedaan
op den studielust der officieren, maar geeft de praktijk reden
om te verwachten, dat dit beroep niet vergeefsch zal zijn?
Er is in het I. M. T. reeds meer dan ééns op gewezen,
dat de studiezin bij den gemiddelden Indischen troepenofficier
niet bijzonder groot is, en verschillende schrijvers hebben
I. M. T 1908. 21