418 van verminderde bezoldiging en geringe appreciatie, doch dit schijnt er minder op aan te komen en betreft slechts een klein deel van het leger; in ieder geval heeft die stemming niets te maken met de nieuwe richting. Neen, de nieuwe richting werkt zegenrijk; met al de fouten in haar toepassing, zelfs met het onvoldoend begrip van haar weten is zij nog oneindig ver te verkiezen boven den ouden verstikkenden geest; dit geef ik H. B. volkomen toe, maar het niet begrijpen tot in de hoogste rangen heeft slechte gevolgen gehad, die wel is waar niet onherstelbaar zijn, maar dan toch minstens één generatie op den verkeerden weg hebben geholpen. En in eenige opzichten is die geest nog niet of nog niet vol doende doorgedrongen. Nog steeds worden troepenofficieren uit hun werk geroepen in commissiën voor het materieel, opna me van magazijnen e. d. meer, waarmede ze vooreerst niets te maken hebben en die bovendien meestal maar een wassen neus zijn. Nog steeds geldt het omslachtig beheer van mate rieel als een der eerste plichten van het leger; op dit punt bestaat nog geen vertrouwen doch een scherpe en hoogst kost bare, dikwijls nuttelooze controle. En ook op de militaire bureaux heerscht nog steeds een geest van centralisatie, die geheel in strijd is met den geest van meerdere vrijheid. We leven in een gelukkigen tijd; het leger is op vele pun ten belangrijk vooruit gegaan, de nieuwe richting is er en kan niet meer ongedaan worden gemaakt, de fouten in de toepassing- zijn nog te herstellen, waar de geest van vrijheid nog niet is doorgedrongen zal dit toch na verloop van tijd moeten geschieden Laten we hopen, dat het Indische officierskorps mede zal werken om dien geest van vrijheid in het leger te doen voort bestaan en mogelijk te maken door het tentoonspreiden van een hooge moreele tucht, door gehoorzaamheid aan bevelen en voor schriften, door het ontwikkelen van initiatief daar, waar de om standigheden nopen tot het afwijken van bevelen of tot het handelen zonder ontvangen opdracht. Yan een zoo gedisciplineerd korps is het hoogste te ver wachten. M.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 440