563 Tegen dit laatste is a priori niets te zegen. De hoogere krijgskundige studiën dienen niet alleen tot het vormen van stafofficieren, maar ook van hoogere troepenleiders en waar tot nu toe wel eene opleiding bestond, maar geen commando daar is het niets meer dan billijk, dat de gekweekte stof ook gebruikt wordt. Doch aan hoogere troepenleiding is meer ver bonden dan het tactisch gebruik van een brigade. Alle vraag stukken op het gebied van oefening, legering, verpleging en wat dies meer zij, voor troepenverbanden van hoogere orde, behooren tot de competentie van hunne aanvoerders, en die zijn, omdat wij maar één hooger verband kennen, de brigade commandanten. Deze behoort het bestuur te voeren over zijne brigade, zooals de legercommandant dat doet over het veldleger, zonder eenige beperking. Hij moet in werkelijkheid zijn, wat zijn titel aan geeft, de commandant van de brigade. Er moet één regelmatige climax zijn in de commando-verdeeling. De rechten, plichten en bevoegdheden van den commandant der kleinste eenheid, de compagnie, het eskadron of de batterij, zijn grooter en ruimer voor den korps-commandant, moeten op dezelfde wijze en volgens dezelfde beginselen weer uitgebreid worden voor den brigade-commandant en hunne hoogste uiting vinden in het leger-comraando. De chefs of inspecteurs der wapens, waken voor de eenheid in de techniek en voor aangelegenheden van administratieven aard, uitsluitend op hun wapen betrekking hebbende, meer niet. De brigade-commandant behoort dus het bevel te voeren over zijne brigade, d. i. over alle samenstellende deelen, die hem zijn toevertrouwd, en in den waren zin des woords Hij behoort dus de hiërarchieke chef van elk hem ondergesteld wapen of dienstvak te zijn. Dat beginsel ligt in art. 1 van de I. D. Cn. (Instructie Div. Comm.) en niet in dat art. 2 van de I. B. Cn. (Instructie Brig. Comm). Art. 2 I. D. Cn. is stellig; het analoge art. 1 (I. B. Cn.) laat door toevoeging v.z.nde mogelijkheid open dat aan den brigade commandant niet alles wordt medegedeeld, wat betrekking 1) Een enkele manoeuvre is neg geen commando.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 585