565 Dat de elementaire opleiding bij de Infanterie geacht wordt te eindigen met de compagnie, kan er mee door, omdat de Infanterie in de brigade altijd nog een korpscommandant daarboven heeft, doch beter lijkt het ons, in verband met de kleinere tactische eenhe den, waarmede we hier optreden, te spreken van eene elementaire opleiding die eindigt bij het peloton of de sectie en alle oefeningen die een uitvloeisel zijn van de gevechtsvoorschriften, dus alle toe gepaste marsch- en gevechtsoefeningen in het terrein, wel degelijk onder het wakende oog van den Br. C. te stellen, onverschillig of het troependeel alleen of in verband met andere optreedt. Het wakend oog, als een uitvloeisel van de 2de alinea van art. 2 van de Instr. Inspectiën is daartoe onvoldoende, want worden die soort oefeningen „niet" of „te weinig" of „niet naar den zin" van den Brig. Ct. gehouden, dan kan hij niet ingrijpen, zonder in „technische aangelegenheden" te vervallen endat is verboden kost. De korpscommandant is aan den Wapenchef hiervoor recht streeks verantwoordelijk en verhoudt zich tot hem buiten bemoeienis van den Br. C. Zoolang deze scheve toestand vooitduurt, is daarin alleen te voorzien, door het opstellen van een algemeene arbeidsverdeeling, waarin is aangegeven, hoeveel tijd (dagen) aan elke soort van oofening moet worden besteed. Nu wordt er door velen te veel tijd besteed aan een of enkele soorten van oefeningen ten koste van de andere. Want de een staart zich blind op dit punten de andere op dat, waardoor van eene harmonisch geoefende brigade niets komt. Wat blijft er van de tactische waarde van zoo'n troependeel over? Art. 4 I. D. Cn. is een noodzakelijk gevolg van de voor gaande artikels. We hebben daartegenover slechts lapmiddel tjes in den Leidraad Manoeuvres 1905 4 en 5 (het nieuwe voorschrift is in dat opzicht niet wezenlijk veranderd), die eenigs- zins als surrogaat kunnen dienen 1). 1) Hoewel het een onderscheid blijft maken of den Div. Cn. wordt opgedragen afz. en gez. oefeningen door de verschillende wapens te bevorderendan wel dat bloot- weg gezegd wordtDe Brig. Cn. treft voor het houden van die en die oefeningen de noodige algemeene regelingen Het eerste is: yik zie ze graag," het andere laat zich hierover niet uit, maar: „als ge 't doet, regel het dan."

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 587