645
Nagedachtenis van Gesneuvelde Officieren.
In De Locmotief vonden wij eene correspondentie, waarin de thans
gebruikelijke wijze, waarop gelet wordt ingezameld voor het plaatsen van
b. v. een grafteeken op het graf van gesneuvelde kameraden, veroordeeld
wordt.
Enkelen uit de naaste omgeving van een gesneuvelde beginnen met
de vorming eener commissie, die circulaires rondzendt, welke heel dikwijls
den officieelen weg van boven naar beneden volgen en daardoor aanleiding
kunnen geven dat zonder voor persoon of zaak wat te voelen uit
valsche schaamte e. d. er op ingeteckend wordt.
Bovendien, voor wien wordt zoo iets gedaan? Voor ieder, die zijn
leven op het vechtterrein laat? Neen-zegt de schrijver het zijn
alleen de sympathiekelingen, die men eeren wil, en daarom juist wordt
zoo'n beweging onsympathiek.
Schrijver zou dat vraagstuk aldus opgelost willen zien
Of 't zijn alléén de vrienden en goede kennissen, de intimi, die met
elkaar een dergelijke hulde willen tot stand brengen, en daartoe langs
zuiver particulieren weg zich met elkander in verbinding stellen, waardoor
dan alleen de persoon gewicht in de schaal legt, bf wel men eert het feit
zonder aanzien des persoons door 't stichten van een fonds als het
„Onderl. onderst, fonds" enz. met soortgelijke bepalingen, o.a.Vrijwillige
toetreding als lidgeen contributie, maar bij 't sneuvelen of overlijden
aan op 't slagveld bekomen wonden van een der leden een vaste bijdra
ge (die uit den aard der zaak niet groot behoeft te wezen), waarvan
oan zonder onderscheid van rang, voor vriend of vijand een grafteeken
of andere hulde kan worden gekocht.
Schrijver teekent daarbij nog aan, dat niets in den weg staat om bei
de wijzen van handelen samen te doen gaaner zou zelfs nog méér
kunnen gedaan worden, indien de regeering concreet mede wil werken
om de bijzondere verdiensten van een krijgsmakker ook bijzonder te
huldigen.
De verdere ontwikkeling dezer ideeën laat schrijver aan daarvoor
meer geschikte mannen over.
Wij houden ons aanbevolen, ter zake ook eens de opinie van anderen
te vernemenwellicht kan daaruit een goede regeling getrokken worden.
Een Hellingfmeter.
Wij vestigen de aandacht op een artikel van bovenstaanden titel,
voorkomende in het Aprilnummer van het Tijdschrift voor het Binnen-
landsch bestuur.
Daarin wordt beschreven een eenvoudig instrument, geschikt tot het
meten van hellingen, hetwelk bij het zoeken naar voorloopige traeé's
van wegen in bergachtig terrein, zoowel als bij den aanleg van water
leidingen goede uitkomsten belooft. Het instrument is op verzoek van
den heer W. Keuchenius uitgedacht en in elkaar gezet door den kapitein
bij den Topographischen dienst A. van Lith en is met vermijding van
kijkers, schroeven, breekbare niveaux en fijne verdeelingen zóó eenvou-