65
Want welke Regeering ook kan ooit gedoogen, dat de officie,
ren hunnen arbeid organiseeren om zich partij te stellen tegen.'
over haar. Die dat meenen, doen beter hunne vrijheid terug te
vragen en hun arbeidskracht op de voordeeligste wijze op de
wereldmarkt aan te bieden.
Mogen bovenstaande regelen de jongeren tot nadenken opwek
ken. In de Sturm und Drang-periode van de eerste jaren hangt
het er zooveel van af, onder welken invloed de denkbeelden
worden gevormd en vastheid verkrijgen.
Neemt niet de meest ruwe, onbewerkte klomp leem onder de
vaardige, zelfbewuste hand des meesters, de mooiste vormen aan
Aan U Meesters, de leiding tot veredeling van de jonge stam
men, die dreigen in eene verkeerde richting te groeien.
Zeggen we den meester na in „das Lied von der Glocke"
So lasst uns jetzt mit Fleisz betrachten,
K.
Was durch die schwache Kraft entspringt;
Den schlechten Mann musz man verachten,
Der nie bedacht was er vollbringt.
Das ist's ja was den Menschen zieret,
Und dazu ward ihm der Verstand,
Dasz er im innern Herzen spüret
Was er erschafft mit seiner Hand.
I. H. T. 1908
5