196 Het doet ons genoegen deze vraag te zien gesteld, aangezien door onwetendheid van de bestaande bepalingen menig officier zich in deze aangelegenheid heeft benadeeld. Een luitenant is z.g.n. reiziger 3e klasse (tarief Ho. 4 punt 1). Volgens punt 32 van tarief No. 4 is bij overvoer met particuliere stoom- of zeilschepen (waaronder dus ook de Paketvaart rekent) aan reizigers 3e kl. (d. z. subalterne officieren) een ruimte voor bagage toegestaan aan kojangs (een kojang 21/2 M3)zooals in de ru briek 0. van de tabel bij 12 van het tarief no. 9 is aangegeven. Tevens vinden wij daarbij een nootwaarbij is bepaald, dat onder deze scheepsruimte is begrepen de vrije bagage door de particuliere stoomschepen toegestaan en waarop bij de passagegelden is gerekend. De genoemde rubriek C van de tabel in tarief no. 9 opslaande, zien wij dat een reiziger3e klasse recht heeft op 1 kojang voor zichzelf, J kojang voor zijne wettige vrouw en 1/s kojang voor één kind bene den de 15 doch boven de 2 jaar; dat is dus totaal l5/6 kojang. Volgens de dienstregeling der Paketvaart heeft een gouvernements passagier der le kl. recht op kojang vrij bagage en kinderen be neden de 15 jaar op J kojang. Het hier bedoelde gezin krijgt dus van de Paketvaart vrij voor den man J kojang, voor de vrouw J kojang, voor de 2 kinderen (hier is niet de beperkende bepaling van ouder dan 2 jaar!) samen 2Xi=2 kojang, of totaal 1^ kojang. Aangezien nu het gouvernement voor dit gezin l5/6 kojang had toegestaan, zoo kan de bedoelde luitenant na zijn reis en onder over legging van kwitantie nog aan overvrcicht een declaratie indienen van p/6 li i/3 kojang. Voor vrije bedienden is géén vrije bagage toegestaan. Een ongetrouwd luitenant kan dus, bovenstaande berekening vol gende, na zijn reis aan het gouvernement aan overvracht 1 J kojang, d. i IJ M3 vrije scheepsruimte in rekening brengen. Geoorloofd of verslapt toezicht? 3. "Waar voor zoover mij bekend de wijzigingen in de uniformjas, waarbij 0. a. het raam van uitmonsteringskoord langs de knoopen vervallen is, reeds lang tot uitvoering hadden behooren te komen, moet het een ieder opvallen, hoevele militairen beneden den rang van officier, waaronder zelfs sergeanten en adjudant-onderofficieren

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 216