STRATEGISCHE BARRIÈRES. {Met plaat 1920, 21, en 22). In den jaargang 1904 van dit tijdschrift deelt een zich X noemende schrijver eenige wetenswaardige bijzonderheden over kustverdediging mede. Hij gaat hierbij uit van het standpunt, dat men „met de kustverdediging van den tegenwoordigen tijd „beoogt aan eene vijandelijke macht te beletten een bepaald „vaarwater te passeeren, hetzij deze macht een bombardement, „eene landing, dan wel eenige andere vijandelijke handeling in „den zin heeft" i). Hij behandelt dus alleen de onmiddellijke kustverdediging, welke uitsluitend afweer bedoelt. In tijd van oorlog zal men zich hiermede niet tevreden mogen stellen; uitsluitend 's vijands slagen afweren, lijdelijke verdedi ging, verschaft slechts uitstel van executie. „On ne périt que par la défensive", zegt Villars. Aan de beschouwingen van X over de kustverdediging in engeren zin sluiten zich dus andere aan, welke bewijzen, dat de „kustver- dediger" gebruik kan maken van de moeilijkheden, welke de invaller bij het uitvoeren van zijne landingsplannen ondervindt, om eene hem gunstige beslissing te verkrijgen. Deze moeilijkheden zijn inderdaad niet gering en zij hebben ten gevolge, dat de invaller, evenals bij het overtrekken van breede, ondoorwaadbare rivieren, van moeilijk begaanbare berg ketens en van dergelijke hindernissen Jomini spreekt in dit verband van strategische barrières eene periode moet door maken, waarin zijne strijdkrachten niet strategisch vereenigd zijn. Deze periode verschaft den verdeliger gelegenheid den aanvaller bij gedeelten te verslaan, zoodat eerstgenoemde, niet- „Daar aanvallend optreden de grondslag tot alle handelingen is L. I. V. blz. 152. 1) I. M. T. 1904, blz. 894. X. M. T. 1908. 3i

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 549