764
vijf brigades aangewezen. Vier andere moesten den vijand op
diens rechtervleugel bezig houden, twee bleven in reserve, terwijl
de cavalerie-brigade haar opdracht hield om in het O. te demon-
streeren, teneinde verplaatsing van troepen daarheen en ver
zwakking van den Italiaanschen linkervleugel uit te lokken.
Nog vóór deze bevelen, die tusschen 7en 8 uur v. m. waren
uitgevaardigd, de verschillende commandanten bereikt hadden,
was het gevecht reeds op verschillende punten aangevangen.
Kolonel Pulz had ten N. van Villafranca aan het hoofd zijner
cavalerie-brigade twee divisies onder generaal Delia Rocca aan
gevallen, was met aanzienlijke verliezen teruggewezen, maar
had zijn doel bereikt en zijn opdracht vervuld, n. 1. Delia Rocca
den indruk op te dringen, dat de Oostenrijksche hoofdaanval
uit het O. zou geschieden. Den geheelen dag bleef Delia Rocca,
ondanks overredingen en smeekbeden zijner divisie-commandanten,
dezen aanval werkeloos afwachten, terwijl in werkelijkheid de
linkerflank van den aanvaller schuins links vóór hem lag,
waartegen hij waarschijnlijk met belangrijk succes had kunnen
optreden.
In het Italiaansche centrum was de Monte Croce, die den
omtrek geheel beheerschte, door de divisie Brignone bezet
met het front naar het O., ook als gevolg van den aanval der
vier regimenten cavalerie onder Pulz. De vijand, uit het oosten
verwacht, viel evenwel (twee brigades van het Korps Hartungb
toen nauwelijks de stelling was ingenomen, met de bajonet op
den linkervleugel aan. Hoewel deze aanval tot op den top van
den heuvel werd voortgezet, kon ze op het laatste oogenblik
nog door het vuur der Italianen, die inmiddels front naar het
N. hadden gemaakt, worden afgewezen.
Een tweede aanval, kort na den eerste, thans door de brigade
Scudier van het korps Maroicic op den nieuwen linker
vleugel van het centrum uitgevoerd, had nog meer succes: de
Oostenrijkers drongen tot in Custozza door, namen de kanonnen,
die zich daar bevonden, maar werden, uitgeput als zij toen waren
door de hitte en het gevecht, door de juist in opmarsch zijnde
divisies Cugia en Govone weder teruggeworpen.
De voorhoede van de Italiaansche linkerdivisie onder generaal
C er ale werd bij Olioso door de Oostenrijkers aangevallen