767 over den naar zijn meening hopeloozen toestand, waarin het Italiaansche leger gekomen was; toen Govone hem om onder steuning verzocht, bleef hij nog werkeloos, zijn beide divisies namen aan het afweren van den laatsten aanval geen deel. Onder deze omstandigheden is het duidelijk, dat de Oosten- rijksche aanval moest gelukken. Het 7e korps Maroicic (w. o. de twee reserve-brigades) en een brigade van het 5e korps Rodic namen de heuvels vau Custozza S. Lucia en Monte Vento waren zonder veel moeite reeds in het bezit der Oostenrijkers gekomen, nadat een halve brigade (Aosta van de divisie Pi an el li), die op den oostelijken oever van de Mincio ten O. van Monzam- bano stond, terwijl de rest harer divisie nog op den westelijken oever was, door een bedreiging van haar verbindingsweg (de brug bij Monzambano) voor één bataljon jagers het veld geruimd had. Zoowel La Marmora als Delia Rocca hebben in dezen slag een moreelen schok, men kan wel zeggen een knak, gekregen, dien zij niet meer wisten te boven te komen. Beiden namen, uren vóór het eind van den strijd, ja, toen deze nog nauwelijks begonnen was, aan, dat alles hopeloos verloren was, terwijl integendeel krachtig handelen de zaak der Italianen had kun nen redden. Rodic was geen energiek aanvaller; de Italiaan sche linkervleugel was indien een koel verstand de hande lingen der Italianen had geleid, sterk genoeg geweest en had bovendien nog versterkt kunnen worden met de divisie Pia- nelli, die nu aan den W. oever der Mincio is gebleven. De aanvankelijke bezetting van den Monte Croce werd kort na de attaques van Hartung en Scudier vermeerderd met twee divi sies (Govone en Cugia), terwijl een derde (Longoni) uit het Z- in opmarsch was. Al deze overwegingen heeft La Marmora niet gemaakt. Hij gaf den strijd verloren, nog vóór hij goed begonnen was, hij ging zelf hulp zoeken bij Goito, waar ze niet te vinden was, in plaats van de nabijzijnde divisies aan te trekken en de éénhoofdige leiding van den slag door te zetten. Ook bij Custozza was dus bijna gebeurd, wat reeds zoo dik wijls het geval geweest is in de lange reeks van oorlogen, n.l.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 117