808
Quanjer is hier aan het woord, „De ervaring leert voorts, dat
het niet juist is, dat een jongeman van 19 jaren, wiens borst-
perimeter niet de helft van zijn lichaamslengte bedraagt, onge
schikt zou zijn voor den dienst. De verhouding, in Zwitserland
aangenomen, wijst de ongeschiktheid-sgrens niet aan".
En iets verder„Ik ben vrij wel tot een ontkennend antwoord
gekomen op de vraag of eene wijziging van ons keuringsregle
ment, met de Zwitsersche voorschriften als punt van uitgang,
veel zou bijdragen om het aantal afgekeurden hooger op te
voeren, tenzij men in het nieuwe reglement bepalingen opnam,
die op billijkheidsgronden niet gerechtvaardigd zijn. Alleen nog
in één opzicht schijnt mij eene wijziging mogelijk en gewenscht;
deze wijziging betreft echter de wet en niet het keuringsreglement.
Ik bedoel eene vermeerdering van de vereischte lichaamslengte.
Deze is op gronden van billijkheid te verdedigen".
Bij wijze van conclusie lezen we ten slotte: „niet in eene
wijziging van ons reglement, dat (behoudens het ontbreken van
de tijdelijke ongeschiktheid) voldoende is, maar in de toepassing
ervan ligt de oplossing der vraaghoe hen uit het leger te houden
die er niet in behoor en". En hierin ligt juist de moeilijkheid, zooals
wij reeds meermalen opmerkten.
O, legers hervormen lijkt velen gemakkelijk, vooral op papier,
en zeer zeker, wanneer het verband tusschen de verschillende
zaken vergeten wordt, maar daarom is het nog niet zoo een
voudig. Met lawaai en groote woorden komt men er niet; kan
men wel ontwrichten, maar niet hervormen en alleen met de
grootste behoedzaamheid kan men, na vooraf de toekomstlijn
eenigermate te hebben uitgestippeld, stap voor stap vooruitgaan
en slechts op zoo'n wijze zegenrijken arbeid verrichten.
Conservatief? Ja, maar dan in den zin van het laatst door
een der sprekers in de Ver. Krijgswetenschappen tot devies
gekozene: Veilig door bedachtzaamheid!
's Hage, 22 Juni 1908.
V.