821
melijke, militaire en zedelijke opvoeding die de jeugd in de lagere en
middelbare scholen ontvangt. Dit volk, dat een merkwaardig aanpassings
vermogen bezit, heeft de noodzakelijkheid er van begrepen om bij de
jongelingschap en zelfs bij de kinderen lichamelijke en zedelijke kracht
'wakker te roepen en te ontwikkelen, een kracht die onmisbaar is voor
elk individu om het in staat te stellen moedig de vermoeienissen van
het militaire leven te doen dragen, zoowel in tijd van oorlog als van
vrede. De gymnastiek en de gymnastische spelen nu zijn de beste middelen
om de krachten te ontwikkelen, waaraan het vaderland in tijden van ge
vaar behoefte heeft. De school en het leger moeten elkaar dus helpen
en vooral de eerste leidt en ontwikkelt langs natuurlijken weg de licha
melijke krachten van het kind de toekomst der natie door aan de li
chaamsoefeningen de plaats in te ruimen die ze verdienen, zonder daarbij
evenwel nadeel te doen aan den intellectueelen arbeid. Overigens moet
men niet vergeten dat de lichaamsoefeningen evenzeer het karakter als
het lichaam sterken. De open-lucht spelen in het bijzonder zijn bevor
derlijk voor de energie en de krachten niet alleen, maar ook voor den
geest van solidariteit en discipline. Bovendien en daar ligt wel het
zwaartepunt eener rationeele lichamelijke opvoeding wanneer men op
de scholen de bewegingen en oefeningen die ieder kind noodig heeft weet
toe te passen zal men in noodgeval lichamelijke afwijkingen kunnen voor
komen of herstellen.
Kortom, het kweeken van een gezond organisme, het werken aan de
harmonische ontwikkeling van het kind, het naast de gezondheid kracht,
lenigheid en weerstandsvermogen te geven, van zijn lichaam en zijn ziel
een standbeeld te beitelen naar Stoïeijnsch model, dat moet het ideaal
zijn dat elk onderwijzer nastreeft. Door zoo te werken zal hij een waar
devolle hulp zijn voor officieren en kader en zal hij hunne taak bij
zonder vergemakkelijken.
Terzelfder tijd, onmiddellijk na den oorlog tegen Rusland, dat
de Japansche regeering, instede van op hare lauweren te gaarf* rusten
aan het werk toog teneinde zijne militaire macht nog te vermeerderen,
nam het maatregelen om zich te verzekeren van zoo sterk mogelijke jaar-
lijksche lichtingen. Tengevolge hiervan riep de Minister van Onderwijs
in 1905 een nieuw reglement in het leven, waarin bepalingen werden
vastgesteld voor de lichaams- en militaire oefeningen op alle lagere-
middelbare- en normaalscholen. Het uittreksel uit het reglement, dat hier
onder is afgedrukt, lezende kan men zien welk een belangrijke plaats op
de Japansche scholen is ingeruimd aan de gymnastiek, de open-lucht spe
len, de militaire oefeningen en de moreele opvoeding.
Lagere Scholen.
Algemeen Onderwijs.
De lagere scholen, welk elk kind van af zijn zesde jaar verplicht is te
bezoeken, omvat het voorbereidend onderwijsdat 4 jaar duurt en het
voltooiend onderricht van 2 jaar. De leerstof die op de lagere scholen
wordt behandeld omvatzedeleer, Japansche taal, rekenkunde, gymnastiek,
teekenen, muziek en handenarbeid. De drie laatste leervakken zijn
facultatief.