- 829 -
Met deze vormen kunnen wij voor den marsch, het verzamelen en
manoeuvreeren volstaan, wel wordt nog meermalen uit oude gewoonte de
sectiecolonne geformeerd, maar instede hiervan kan meestal de com
pagniescolonne gebruikt worden, waarover later meer.
De tirailleur linie moet uit de marschcolonne door opmarsch
rechts of links geformeerd worden. De Gr. Cdten. vormen het geraamte
van de tirailleurliniein het commando tot verspreiden moet natuurlijk
het noodige betreffende front en tusschenruimte voorkomen. De 8 man
van een groep verdeelen zich achter hun Gr. Cdt., waarbij geen bepaalde
volgorde in acht genomen wordt.
De tegenwoordige tirailleurlinie, zoo snel en zeker in het terrein, zoo
vaardig en plooibaar voor het vuurgevecht, is een formatie, die zich daar
door kenmerkt, dat de eene man naast den ander, elk op zijn eigen wijze,
werkzaam is. Zelfs het naast elkaar blijven kan niet streng doorgevoerd
worden; bij den sprong blijven de langzamen achter, waardoor als het
ware meer een bende ontstaat zoo moet het er ten minste bij de
Japanners uitgezien hebben. En in dezen vorm men kan haast zeggen
vormeloosheid moet de troep de strijd met al zijn gevaren en ver
moeienissen voeren. Juist onder deze moeilijke omstandigheden moet
de troep dus den steun, die volgens beweren de stramheid der
vormen verschaft, ontberen. Men zou de tirailleurs meer hindereu als
steunen door uiterlijke gelijkheid, b. v. in houding en kunstige beheer-
sching b. v. der vuursnelheid te eischen. „Bij ons al lang afgeschaft"!
hoor ik al zeggen. Afgeschaft, jawel, maar nog niet lang.
In de excercitieglementen van alle legers komt de linie nog voor,
of de zuivere linie öf de samengestelde (uit sectiecolonnes, enz,) Eens, n. 1.
ten tijde der linietactiek, de ee?iige gevechtsvorm, heeft de gesloten linie,
sedert het opkomen van het tirailleurgevecht, steeds meer van hare be-
teekenis verloren. Zij is voor het gevecht nog slechts een noodhulp, n 1.
wanneer voor regelmatige ontwikkeling geen tijd is of wanneer men in
kritieke oogenblikken den troep in de hand wil houden. Het is zelfs
de vraag of het ooit aanbevelenswaardig is de gesloten linie als ge
vechtsvorm te kiezen. Ook in het nachtgevecht bewijst de dichte tirail
leurlinie dezelfde diensten als de gesloten linie. De Japanners plachten
bij hunne nachtelijke aanvallen, nog voor de beslissende afstanden be
reikt waren, uit de voorste gevechtslinie een linie op één gelid te
formeeren.
Een belangrijke rol speelt de linie nog bij de ondersteuningstroepen en
achterste gevechtsiiniën, al wordt haar die plaats reeds door de colonne
bestreden. Men hoorde vroeger veelvuldig beweren dat de linie min
der trefbaar was dan de colonne, niettegenstaande deze voor het oog een
kleiner doel en voor vlakke kogelbundels anderen komen in den
veldoorlog zelden voor een kleinere schijf biedt. In werkelijkheid
is de linie in den Russisch-Japanschen oorlog als naaeringsvorm weinig
gebruikt. Op de korte afstanden bezigden de Japanners de linieformatie
slechts bij uitzondering die op twee gelederen.
In verband met het vorenstaande kan men voor oorlogsdoeleinden
met de marschcolonne en de tirailleurlinie volstaan.
Mocht men mij tegenwerpen dat op die wijze eerder benden (kud
den) dan troepen gevormd worden, dan zou mij zulks geenszins deren,
want, hoe beschamend het ook zij, de troepenaanvoering zou op tech-
