676
slechts aan één gevecht hadden deelgenomen, tot één bataljon
van 699 man. De stemming van het leger was er natuurlijk
niet op vooruitgegaan.
Blücher was vastbesloten eene beslissing te verkrijgen en had
daartoe zijne korpsen in beweging gezet om op drie plaatsen de
Katzbach over te trekken (zie plaat 21). Spoedig na het begin van
den marsch meldde de cavalerie, dat de Franschen met eene sterke
afdeeling Goldberg, waar het korps Langeron zou overgaan, bezet
hielden, terwijl verscheidene sterke colonnes van Hainan naar
Liegnitz zouden marcheeren. Voorloopig gelastte Blücher halt te
houden en wel het korps Sacken bij Mahlitsch, het korps York
bij Jauer en het korps Langeron bij Peter wit z. De voortroepen
waren op dezen oever van de Katzbach teruggegaan alleen
kozakken patrouilleerden nog aan de overzijde.
Tegenover het Silezische Leger der Bondgenooten stond het
Fransche Bober-Leger, onder bevel van Maarschalk Macdonald,
Hertog van Tarente. De aanvankelijke sterkte bedroeg 125000
man J), waarvan, evenals bij de Bondgenooten, als gevolg van
de voorafgegane vermoeienissen en gevechten, eenige duizenden
afgetrokken moeten worden.
Macdonald, die de opdracht had het Silezische Leger voorbij
Jauer terug te werpen, om daarna achter de Bober zich op
te stellen, wilde daartoe den 26sten Augustus de Katz
bach oversteken met het 3de korps beneden Kroitsch, het 11de
korps (behalve 1 divisie) en het 2de cavaleriekorps bij Kroitsch
alzoo 67000 man in twee colonnes op Jauer aan21/2 divi
sie 22000 man) van het 5de korps van Goldberg gedeel
telijk rechtstreeks, gedeeltelijk over Schönau naar Jauer, ter
wijl lx/2 divisie 12000 man) tot dekking van den rechter
vleugel naar Hirschberg had te gaan, alwaar het Rusissche
korps St. Priest vermoed werd 2).
In den voormiddag van den 26sten Augustus stelde Blücher
1) Samenstelling van het Bober-Leger.
3de korps onder den Divisiegeneraal Souham.
öde Lauriston.
11de Gerard.
2de cav. korps Sebastiani.
2) Het korps van den Luitenant-Generaal Graaf St. Priest onderhield de verbinding
met het Boheemsche Leger en bevond zich daartoe aan den vcet van het gebergte.