948
haar bleven omzwermen. Het signaal „eindigen van de ma
noeuvre" maakte toen een einde aan den strijd.
Wat was er intusschen bij de Zuidpartij gebeurd? Na de
melding dat er slechts twee compagnieën inf. op den hoofdweg
marcheerden, kwam een half uur later (9.15 v.m.) het bericht
van den seinpost op den G. Biarak, dat inf. en art. (hoeveel
ongeveer werd niet gemeld) zich over den bergrug bij G. Toegel
bewoog. Ruim een uur later (11 v.m.) berichtte de cav. dat
een bat. vijandelijke inf. uit kamp. Plasa in Z. richting debou-
cheerde en door eigen troepen geharceleerd werd. Toen eerst
besloot de commandant der Zuidpartij één compagnie naar den
linkervleugel te zenden, welke compagnie om 11.50 v. m., nadat
bericht was binnengekomen dat de vijand de hoogten ten N.
van Kebon Dalem bereikt had, door een tweede gevolgd werd.
Na aankomst dezer laatste comp. te Peté werd de manoeuvre
gestaakt.
Wij hadden reeds om 9.15 v.m. gevraagd aan den seinpost te
G. Biarak, hoeveel inf. en art. bij G. Toegel marcheerde en al
was daar geen voldoend antwoord op gekomen, dan toch hadden
wij de art. bij Wawar en de twee compagnieën reserve naar
den linkervleugel gezonden, omdat o.i. het vrijwel zeker is, dat
waar de vijand eene omtrekking met eene afdeeling, waarbij
art. is ingedeeld, verricht, deze afdeeling vrij sterk aan inf. zal
zijn. Bovendien was er reeds een half uur tevoren gemeld, dat
er op den hoofdweg zich slechts twee compagnieën inf. bevonden.
Deze compagnieën bij Kaloerahan aangekomen, konden niet verder
door en hadden o.i. door l1^ comp. in bedwang gehouden kunnen
worden, x/2 comp. was dan reserve geworden.
Geven wij thans nog onze meening, hoe het oprukken der
Noordpartij had moeten geschieden. Na met een voorhoede en
zijtroepen langs den grooten weg gemarcheerd te hebben tot
Djamboe, hadden wij ten Noorden van dien kampong een art.
stelling tegen den G. Biarak gezocht en met l1^ Bataljon inf.
het ravijn van de K. Tjingtang (de doode hoek voor den G. Biarak),
of zoo dit niet mogelijk was den ten N. daarvan gelegen weg
gevolgd en van uit N. en N. N. Oostelijke richting een
aanval gedaan op den G. Biarak. De op den hoofdweg zich
bevindende troepen en de art. steunen dezen aanval, de laat-