1058
maatschappij aangedaan gewroken wordt. Evenmin, dat alleen
de garnizoenscommandant de overtreding met juistheid kan be-
oordeelen
De compagniescommandant is verantwoordelijk voor de krijgs
tucht onder zijn ondergeschikten. Hij vormt ze tot solda
ten en houdt ze in den vorm. Hij is de opleider, vormer,
opvoeder, zoonoodig dus straffer. Hij is degeen die de men-
schen kent, beter dan een vreemde, die even een strafboek
inziet. Hij dus weet, of ze een vermaning dan wel bestraffing
noodig hebben en hoe zwaar die bestraffing wezen moet. Ge
steld een compagniescommandant weet door tact en handigheid
iemand met zachtheid en lichte straffen in het goede spoor te
houden (aanhouden en nagevenals bij het paard onder den man
hij ziet succes van zijn pogen: maar één „douw" van den bui
tenstaander (gegeven het karakter van den patient) bederft zijn
werk misschien (en werkt dan tevens schadelijk op zijn ambitie
als vader der compagnie).
Het schijnt mij toe, dat de gevolgde methode niet klopt met
12 laatste alinea van de Leidraad voor Opleiding en Oefening
der Infanterie.
Bij andere wapens zal het wel net zoo zijn. Wil men het
aanvragen van provoost en dergelijke straffen (ook zelfs door
compagniescommandanten met drie sterren) behouden: soit,
doch overigens zij alleen de commandant der compagnie straf-
oplegger.
Daeng Malolo.
1) In ldeine garnizoenen mogen luitenants, zelfs 2e, doen wat in een sproot een kapitein
niet zonder verlof mng. Noodtoestand? Zeker. Maar een kapitein kan toch geacht
worden overal genoeg oordeel te bezitten.