Artikel 18. Een voorstel tot eerste beoordeeling of tot wij ziging of aanvulling der reeds bestaande beoordeeling, heeft door den len beoordeelaar plaats: le. zoodra mogelijk wanneer over een nog niet beoordeel den officier een algemeen oordeel kan worden uitgesproken.; 2e. zoodra mogelijk wanneer betreffende een reeds beoor deelden officier eene wijziging of aanvulling zijner be oordeeling wordt noodig geacht, die invloed kan hebben op zijne geschiktheid voor den thans bekleeden of hoo- geren rang, voor een bepaalden werkkring enz. Artikel 19. Het voorstel wordt per brief gedaan en bevat aan het slot woordelijk de invulling, zooals deze door den len beoordeelaar wordt gewenscht. Artikel 20. Het wordt door de opvolgende chefs voor gezien geteekend, dan wel stellen dezen hierop de noodig geachte aanteekeningen. Artikel 21. Bevat het voorstel nopens den beoordeelden officier punten in ongunstigen zin, dan wordt deze met den inhoud van die punten in kennis gesteld, welke hem in den vorm van een woordelijk uittreksel door den eersten beoordee laar worden ter hand gesteld en waarop de datum van ont vangst vermeld wordt. Artikel 22. Het voorstel wordt door deze autoriteit eerst verzonden, wanneer het uittreksel door belanghebbende enkel voor gezien is geteekend, dan wel indien deze daarbij eene rechtvaardiging wenscht te zien overgelegd, hetwelk zal dienen te geschieden binnen veertien dagen nadat bedoeld uittreksel hem is geworden. Artikel 23. Zoo beoordeelde daartoe bij uitzondering een langer tijdsverloop dan veertien dagen heeft noodig geoordeeld, wordt dit in den brief aangeteekend. Artikel 24. Het geteekend uittreksel wordt steeds bij het voorstel overgelegd. Artikel 25. Bij elk voorstel wordt een afschrift van het extract-stamboek gevoegd, hetwelk door den laatsten beoordee laar niet wordt teruggezonden. 1 1 rvn

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 548