1295
acl a. Wat het schieten met vuurwapenen uit luchtschepen betrefr, daar
toe is men nog niet durven overgaan om licht begrijpelijke redenen. Het
gevaar dat de vlam van het schot oplevert, is te groot. Altijd toch ontsnapt
er uit het omhulsel gas, hetzij uit lekken, hetzij door de werking der
ventielen. Het waterstofgas vormt met lucht een zeer brandbaar mengsel
dat bij ontploffing tot de grootste onheilen aanleiding zou kunnen ge
ven. De Braziliaan Severo boette den 12den Mei 1902 te Parijs met zijn
leven de onvoorzichtigheid, dat hij in zijn luchtschip de uitlaatpijp van
den motor op nauwelijks 2.5 M. van het gasventiel aanbracht. Na een
kwartier gevaren te hebben zag men een enorme vlam en beide lucht-
vaarders stortten te pletter. De heete afgewerkte gassen uit den motor
hadden den ballon doen ontploffen. Op juist dezelfde manier was 5 jaar
vroeger de Duitsche dokter Woelfert op het Tempelhofer veld te Berlijn
om het leven gekomen.
Aldus blijft alleen het laten vallen van projectielen uit ballons over, ten-
zjj men pneumatische schietwapenen wil gebruiken, maar ook deze hebben
hun bezwaren Aan hun ontwikkeling lieett men zich bovendien steeds wei
nig gelegen laten liggen. Het Bpreekt wel van zelf dat de projectielen, die
zonder arbeidsvermogen hun baan beginnen, en dit moeten ontleenen aan hun
valsnelheid, hetzij een groot gewicht moeten hebben, dan wel van groote
hoogten zullen moeten vallen om zooveel arbeidsvermogen te krijgen, dat
ze voor levende en öoode strijdmiddelen gevaarlijk worden. Massieve pro
jectielen zullen uiterst weinig uitwerking hebben, men is daarom op
springprojectielen aangewezen. Een granaatkartets zou het meest ver
kieslijk zijn, maar haar gebruik levert groote bezwaren op. Mechanische
buizen zouden gebruikt moeten worden en de springafstand is moeilijk te
bepalen. Wel wijst de barometer met voldoende juistheid de hoogte van het
schip boven den zeespiegel aan, maar de hoogte van het doel daarboven
zal als regel niet voldoende nauwkeurig te bepalen zijn.
Een brisantgranaat met uit den aard min of meer plaatselijke uit
werking is het eenige bruikbare projectiel.
Hoe kleiner de trefkans, hoe kleiner projectielgewicht gewenscht is,
want dan kan de quantiteit de qualiteit vergoeden. Hoe groot nu de
trefkans van uit een luchtschip is, kan alleen uit proeven bepaald worden.
Wanneer men echter bedenkt, dat in luchtlagen, die zich met steeds
wisselende snelheid verplaatsen, het schip gedurende het inschieten juist
op dezelfde plaats gehouden moet worden, dat de luchtlagen, die het
projectiel passeert, ook verschillende snelheid hebben, dat het projectiel
door zijn gedaante afwijkingen van de rechte lijn zal krijgen, dan kan
de trefkans onmogelijk die van een modern vuurwapen naderen.
Is de trefkans dus klein, dan kan alleen een groote uitrusting hier
aan te gemoet komen.
Het beantwoorden van de vraag of de plotselinge evenwichtsverstoring,
die de ballon ondergaat, tengevolge van het loslaten van een belangrijk
gewicht, het luchtschip in gevaar zou kunnen brengen, brengt ons even op
technisch gebied.
Wanneer een ballon aan de oppervlakte van de aarde in evenwicht
is, dan is het gewicht van het geheel juist gelijk aan dat van de verplaatste
lucht. Ontdoet men hem nu van b. v. 5 K.G. dan zal de ballon stijgen.
Tot hoe hoog? Theoretisch oneindig hoog, want al stijgende komt hij
in luchtlagen, die minder wegen, maar het gas zet zich daar uit en nu
I. M T. 1908. 83