715 „De verantwoordelijkheid voor de regelmatigheid van de ver strekking draagt de aanvrager of ontvanger, tot op de ge- „wone wijze door den ordonnateur van de betrokken bewaar plaats de aanvraag is onderzocht." De bedoeling is duidelijk; eerst en met den meesten spoed de troep uitrusten op het eenvoudige bevel tot mobilisatie, waar aan ieder onverwijld voldoet zonder nadere machtiging en dan de paperassen in orde maken, waarvoor na vertrek volop tijd is. Dat eenvoudige beginsel, dat wel langzaam maar zooals nu. blijkt nog te langzaam doordringt, moet allen bezielen, die ge roepen zijn tot het strijdvaardig maken van troepen mede te werken, en niet de vrees of de bepalingen wel worden nagekomen. Jaren geleden lazen we eens een boekje, geschreven voor Duit- sche officieren om Fransch te leeren of omgekeerd, waarin zoo kenmerkend het verschil van de gehoorzaamheid van een mindere en van die van een officier werd aangegeven. Wordt van de eerste een stipte, onvoorwaardelijke vervulling geeïscht, die van den officier betreft den geest van het bevel of het voorschrift en mag zelfs niet een andere zijn. „On ne per met a aucun officier de dire, pour se „justifier, qu'il a agi suivant des instructions im- „primées ou écrites. „On demande a chaque homme, qui a un brevet, d'etre „intel ligent et d'employer son jugement dans toutes les occasions." Als die geest hetpersoneel kan doordringen dan zou er heel wat vlotter en beter gewerkt worden. Het is nog altijd die oude zaak, die niet genoeg opgehaald kan worden, en die eigenlijk als art. 1 op alle voorschriften moet voorkomen, „dat de eischen van het algemeen belang „steeds den doorslag moeten geven, als zij in botsing komen „met die van een bijzonder belang". Als een troep, die er op uit moet, onvoldoende schoeisel heeft, moet hierin eerst voorzien wordeD. Dat is voor alles noodig. Het kan nuttig zijn te onderzoeken, waarom het oude schoeisel er zoo uitziet, het kan waarde hebben hierover op en aanmerkingen te maken, doch daarmede is de zaak nog niets verder. Eerst schoenen en de troep weg en dan zal de rest wel uitgezocht worden. En daarvan moet het personeel

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 65