6
meene belangen van het wapen. En als zoodanig is, naar het voor
komt, hunne plaats in vredestijd aan het Departement van Oorlog, ten
gevolge waarvan dan tevens het voordeel wordt verkregen, dat geen
afdeelingshoofd aan dat Departement zooals nu wèl het geval is
als een tweede adviseur wordt ingeschoven tusschen den inspecteur en
den Minister en dat voorts veel correspondentie tusschen dien inspecteur
en het Departement, zooals die onder de bestaande verhoudingen voor
komt, zal vervallen.
Worden alle zaken, het georganiseerde leger betreffende, in vredestijd
behandeld door één bepaald onderdeel van het Departement onder lei
ding van één persoon, dan zullen bij eene behoorlijke en zoover moge
lijk doorgevoerde delegatie van machtsbevoegdheid de volgende voordee-
len worden verkregen
de Minister zal zich, meer dan nu het geval is, aan wettelijken arbeid
kunnen wijden;
de legerzaken zullen met meer eenheid en onderling verband wor
den behandeld;
de werkzaamheden zullen zeer worden vereenvoudigd, terwijl ver
moedelijk op personeel zal kunnen worden bezuinigd
de overgang van vredes- tot oorlogstoestand wordt veel beter voor
bereid.
De ondergeteekende veroorlooft zich de beginselen, volgens welke naar
zijne meening eene regeling ware te treffen van de hoogere bevelvoe
ring in het leger en van de samenstelling van het Departement van
Oorlog hieronder aan te geven.
Hij wenscht daarbij nog het navolgende aan te teekenen:
lo. Bij de door hem voorgestane regeling zou de vredesfunctie van
den chef van den generalen staf aanmerkelijke wijziging ondergaan.
Naar de meening van den ondergeteekende zou zij echter, veel meer
dan thans het geval is, aansluiten aan de functie welke die autoriteit
bij mobilisatie heeft te vervullen, en ook veel beter passen voor den
bijzonderen toestand waarin wij, vergeleken bij andere Staten, in geval
van mobilisatie zullen verkeeren, voor wat betreft de leiding der ope-
ratiën.
2o. In den gedachtengang van het voorgestane stelsel zouden in den
regel slechts twee autoriteiten den rang van luitenant-generaal beklee-
den, n.l. de chef van den generalen staf en de commandant van het
veldleger. Yoor de inspecteurs zou in den regel met den rang van
generaal-majoor en c. q. zelfs met dien van kolonel kunnen worden
volstaan.