8 toestand en dat in ieder geval de mogelijkheid niet is uitgesloten, dat ook de Minister later verdere wijzigingen zal wenschen aan te brengen. Het is dan ook niet om daarop vooruit te loopen, dat hij het schema voor eene algemeene regeling hieronder meende te moeten opnemen. Trouwens, het blijkt uit het vorenstaande duidelijk, dat de door hem gewenschte regeling slechts geleidelijk tot stand zo u zijn te breDgen Hij heeft het echter noodig geoordeeld, die regeling meer in haar geheel aan te geven om zijne conclusie te motiveeren, dat het brengen van de inspecteurs der infanterie, cavalerie en bereden-artillerie onder de bevelen van den commandant van het veldleger niet is een stap in de goede richting- 80. De ondergeteekende voorziet, dat tegen zijn voorstel om de inspec teurs aan „het Departement" werkzaam te stellen zal worden aangevoerd de door den Minister de Roo van Alderwerelt zelf erkende ongunstige ervaring met dat stelstel onder dien Minister opgedaan. Hij wijst echter op de geheel andere verhoudingen en omstandigheden waarbij thans dat stelsel wordt aanbevolen. A. In tijd van oorlog. In tijd van oorlog is het beleid in zake de defensieaangelegenheden opgedragen aan de volgende Regeeringsorganen a. aan den leider der landsverdediging voor zooveel de aanwending der oorlogsmiddelen betreft; b. aan de hoofden van de militaire ministerieele Departementen voor zooveel het beschikbaar stellen van oorlogs-middelen betreft. a. De leider der landsverdediging. De leider der landsverdediging wordt in geval van mobilisatie be noemd door de Regeering en is alleen aan deze verantwoordelijk. De aangewezen leider der landsverdediging is de Koning. De maatregelen en beschikkingen, welke door den Koning als leider der landsverdediging worden genomen, behoeven niet door een der hoofden van ministerieele Departementen te worden medeonderteekend, terwjjl ook geen Minister voor die maatregelen of beschikkingen persoonlijk verantwoordelijk is. Ter beschikking van den leider der landsverdediging worden gesteld alle georganiseerde oorlogsmiddelen zoowel personeele als materieele en zulks met de eenige opdracht: deze aan te wenden tot eene krachtige en hardnekkige verdediging. Aan den leider der landsverdediging wordt toegevoegd een staf, be staande uit twee onderdeelen lo. dat der landmacht legerstafj;

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 758