19 een organisatie, bij welke de marinestaf bij mobilisatie onverwijld van het Departement van Marine kan worden losgemaakt, in vredestijd ge noemden staf als onderdeel van het Ministerie van Marine zou willen ingedeeld zien. Aan de regeling welke door den ondergeteekende ontworpen werd, is, vergeleken bij die der Nota, het voordeel verbonden, dat bij den over gang van den vredesvoet tot de oorlogsformatiën, de hier bedoelde ver schikkingen niet zullen noodig zijn. Juist voor den generalen staf en den marine-staf komt den ondergeteekende zulk een verschikking bij mobilisatie allerminst gewenscht voor. Deze organen moeten bij mobilisatie en in de eerste oorlogsdagen aanstonds veel en gewichtig werk doen. De beste waarborgen voor deugdelijkheid daarvan zal men verkrijgen indien aan het aanvaarden der oorlogstaak niet eerst een losmaken uit den vredeswerkkring moet voorafgaan. Ook meent de ondergeteekende, dat voor een goede onderlinge samen werking van den legerstaf en den marinestaf een betere waarborg aan wezig is, indien deze lichamen zelfstandigheid hebben, en niet vormen een onderdeel van het betrokken departement van algemeen bestuur. Voor de overige autoriteiten, tot den ontworpen legerstafbehoorende, zou het bezwaar bij den overgang tot de oorlogsformatiën in nog hooger mate gelden. De ondergeteekende zal dit te juister plaatse in het licht stellen. Het is zeer bezwaarlijk zich over den ontworpen legerstaf, die onder den chef van den generalen staf zou staan, en die in vredestijd een onderdeel zou vormen van het Departement van Oorlog, een oordeel te vormen, als men niet beschikt over de instructiën, welke in dat stelsel genoemde chef en de acht onder dezen ressorteerende hooge autoriteiten zouden hebben. De ondergeteekende houdt zich overtuigd, dat bij een poging om zoo danige instructiën te ontwerpen, groote bezwaren verbonden aan het stelsel dat in de Nota in schema is aangegeven, zouden aan den dag treden. De bedoeling van den legerstaf is: „alle zaken, het georganiseerde leger betreffende in vredestijd behandeld (te zien) door een bepaald onderdeel van het Departement onder leiding van één persoon" Jets wat de ondervinding dagelijks leert onbereikbaar te zijn, vermits bij de behandeling van nagenoeg alle aangelegenheden verschillende afdeelingen van het Departement betrokken zijn terwijl bij „zoover mogelijk door gevoerde delegatie van machtsbevoegdheid" van het stelsel vier voordeelen worden verwacht.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 769