Een Nieuw Eereteeken
Yoor eenigen tijd werd in de „Java Bode" erop gewezen,
hoeveel prijs de mindere militair stelt op het bezit van een
aantal herinnerings-medailles en in verband daarmede de wen-
schelijkheid uitgedrukt, voor de veldtochten op Celebes en Bali
een bijzonder eereteeken uit te reiken, in plaats van als
gewoonlijk een gesp voor het expeditie-kruis. Terecht werd
de aandacht gevestigd op de populariteit van 't Lombok-kruis,
een sierlijk eereteeken als herinnering aan moeilijke dagen.
Wij kunnen geheel met die beschouwingen meegaan en begrijpen
volkomen dat de soldaat, niet 't minst ook voor den tijd na
zijn terugkeer in de burgermaatschappij, gaarne als blijvend
bewijs van wat hij in 's Lands dienst presteerde een serie
kruizen en medailles heelt. Ongetwijfeld mag ook een zekere
invloed op de werving aan dergelijk herinnerings-metaal niet
ontzegd worden.
.Nu zijn evenwel het Eereteeken voor belangrijke krijgsver
richtingen, het Lombok-kruis, de Atjeh-medaille niec anders dan
bewijzen dat de drager aan die expedities heeft deelgenomen,
zonder dat daaruit blijkt of zijn aandeel in de gevechten al dan
niet belangrijk is geweest. De koninklijke onderscheidingen
zijn slechts voor enkelen weggelegd en dit juist geeft daaraan
de hooge waarde. Het komt ons echter voor dat naast M. W. O.
en eervolle vermelding aan een breede schaar van verdienste
lijke militairen een eeremetaal van onbetwistbare waarde zou
kunnen worden uitgereikt, wanneer het n. 1. aan H. M. de Ko
ningin zou mogen behagen, een militair kruis in te stellen voor
hen, die voor den vijand gewond worden. Het bezit van zulk
een kruis zou den drager tegenover zijn kameraden en tegen
over de buitenwereld een zeer gewaardeerd cachet verleenen en
een ruime belooning geacht worden voor doorgestaan gevaar.