1127 De taak der bereden artillerie is in alle mogelijke gevallen het zoo krachtig mogelijk bevorderen van het bereiken van het gevechtsdoel, wat zij doet, hetzij door het infanterie-vuur te ondersteunen, hetzij doordat zij de infanterie in staat stelt haar vuur af te geven door het onderdrukken van het vijandelijk vuur. We zouden daarbij drie gevallen kunnen onderscheiden en wel: 1. Ondersteuning van het eigen inf.-vuur; 2. Onderdrukking van het vijandelijk inf.-vuur; 3. Onderdrukking van het vijandelijk artillerievuur. (Ik laat hier andere gevallen van minder gewicht, als het afslaan van cavalerie-aanvallen, het verhinderen van pionierar- beid, enz. buiten beschouwing). ad. 1 en 2. In deze beide, nauw met elkander samenhan gende gevallen, zal de artillerie, de infanterie tot op het laat ste oogenblik moeten ondersteunen. Hoe zal zij deze taak nu het beste volvoeren? Daarvoor zal het noodig zijn dat de artillerie de infanterie in haar voorwaartsche beweging volgt en op de meest werkza me afstanden haar stellingen inneemt. Het is niet goed dat de artillerie op grooten afstand blijft staan vuren en wel om de volgende rédenen: De art. officieren zijn dan niet in staat behoorlijk waar te nemen en derhalve de bewegingen der infanterie met het artil lerievuur te volgen en daarvan is het natuurlijke gevolg, dat meestal de artillerie haar vuur te vroeg staakt en soms zelfs te laat- Het eerste is zeer slecht daar de art. dan haar vuur staakt juist op het meest beslissende oogenblik, op een oogenblik dat onze eigen infanterie, haar moreelen steun, vooral het hardst noodig heeft. Het te laat staken van het vuur is wel minder erg (Colenso, Spionkop) maar moet toch vermeden worden. Op de groote afstanden is de moreele zoowel als de doodende uitwerking van het artillerievuur te gering in verband met wat men mijns inziens van zoo'n kostbaar wapen mag verwachten. Ik noem hier de moreele uitwerking het eerst, omdat die verreweg het voornaamste is. De verliezen door artillerievuur geleden schommelen tusschen 7 en 8

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1908 | | pagina 483