159 „En de grootte van dat onderdeel schat je," (m. a. w. daar raad je weer naar) „En die afstand vermenigvuldig je daarna weer met twee of met vier," .En het gevonden produkt geeft je dan je gevraagde vizier." Er staat niet bij hoe die verdeeling geschiedt, Maar overigens ontbreekt 't deze methode aan eenvoudigheid niet. c. Dit derde en laatste geval, ('t lijkt, oppervlakkig beschouwd, wat raar) Eischt eenige meewerking des vijands, maar dan ben je ook klaar, n. 1. als je menschen bij het doel ziet, die zich heelemaal niet dekken, Dan vale uit wat je ziet, wel zoowat een conclusie te trekken. Bij voorbeeld: als je het hoofd en ook het gelaat nog onderscheidt, Maar niets meer van de knoopen ziet, dan weet je met zekerheid, Dat de afstand tot den vijand precies drie honderd meter zal zijn. [Ten minste als al die gegevens je niet al lang weer ontschoten zijn.] Ziedaar, nu weet ik dus hoe ik afstanden schatten moet, Komaan (zoo denk je), nu oefen ik me maar goed, En over een poosje weet ik dan in elk terrein Doe groot mijn afstand tot het doel wel zal zijn. Maarhelaas, daar merk je dat het voorschrift nog niet zwijgt, Dat je integendeel nog enkele raadgevingen en toelichtingen krijgt. En je snapt nu dat je met een dooie musch je hebt verblijd, Want uit de toelichtingen blijkt duidelijk, tot je grooten spijt, Dat je altijd verkeerd schat, nu eens te klein, dan weer te groot, Afhankelijk van 't terrein of 't licht, van 'n tusschenliggende sawah of sloot; Waaruit je dus logisch moet komen tot het besluit: Dat afstandschatten groote onzin is en daarmee uit. Mismoedig leg je dan eindelijk dat boekje op zij, Je haalt nu het nieuwe schietvoorschrift er bij, Want dat is ongetwijfeld geheel „up to date," En je hebt er geen vrede mee vóór je 't weet, Je bent geheel doordrongen van 't gewicht van de zaak, Kennis .van den afstand is tot vervulling van je zware taak Een eerste vereisehte, immers voor 'n werkzaam vuur in den strijd Is een juiste vizierstelling nu eenmaal een noodzakelijkheid. Alzoo verwacht je stellig dat het nieuwe schietvoorschrift je zegt Hoe je dan toch die afstand kunt bepalen vóór den aanvang van 't gevecht. Maar jawel, tot je greote verbazing vind je daar, helaas, Over afstandsmeting nu geen steek, maar over schatten weer een heel relaas. t Eenige wat je duidelijk wordt uit die artikelen van je reglement, Is, dat een man gevechtschatter wordt, zoodra hij het kent, En mogelijk of niet, in elk geval oefen je ze maar, En na afloop maak je een staatje en dan ben je al weer klaar. Maardat een schatter na die oefeningen een fout maken zal In onbekend terrein, begroeid, doorsneden, dus een gewoon geval, Kiet grooter dan 7J, of boven 1000 meter van hoogstens 10 percent, Geen mensch die 't gelooft, dat is algemeen bekend.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 177