262
üoIfesopDoeding
b. dat ge ruststellingen voor nachtkwartier, verdediging en wat dies
meer zij, ook op een calque inscbetst en dat ge al dadelijk begint met
het horloge als trouwe metgezel voor U op tafel te leggen, om geleidelijk
U te wennen aan den factor: tijd, die van grooten invloed wordt bij het
Demen uwer besluiten.
Het zal in den eersten tijd wel worden: „wat heb ik in één uur
gedaan", later moet het worden: „hoeveel tijd heb ik noodig gehad voor
wikken en wegen en het bevel". Besluitvaardigheid wordt wel eens
een gave genoemd maar kan ook ontwikkeld worden. Het horloge moet
U er aan herinneren, dat ge niet onbepaald over uw te nemen besluit
kunt nadenken, dat alle onderbevelhebbers staan te wachten op de be
velen en dat het dus een voorname eisch is logisch en stelselmatig te
leeren overwegen, om tijdig met uw besluit gereed te komen,
Yindt ge voor het oogenblik alles naar uw zin, dan den besteden tijd
aangeteekend, papier dicht en wat anders gedaau.
Eerst over een paar dagen kijkt ge uw arbeid weer eens in, als ge
niemand hebt die U helpt, en ontdekt ge allicht onvolkomenheden of
fouten
Door trouwens uwe voorgestelde tactische handeling voort te zetten,
krijgt ge in zekere mate een soort zelfcontrole.
Het beste is met een of meer collega's dezelfde opdracht uit te werken
en eikaars werk te ruilen. Dispuut zonder ervaren leider is vruchteloos;
ge leest hoe een ander erover heeft gedacht en overweegt of ge daarin
aanleiding vindt uwe meening te wijzigen. Die verschillen zullen U
't meeste bijblijven en de uitgangspunten vormen van vruchtbare bespre
kingen, als ge in een daartoe geschikte omgeving komt of tot studie van de
krijgsgeschiedenis, om uwe meeniüg aan de ervaring van anderen te oetsen.
Dit laatste eischt evenwel tijd en geduld en daarmede zijn we in
onzen Indischen diensttijd niet zoo rijk gezegend.
Daarom is bij de studie onontbeerlijk: a een werkplan, waarin ge
nauwkeurig afbakent, wat ge wilt verwerken, b het vrijhouden van
eenige vaste uren per week, die ge voor dat doel benut. Qe kunt bij
uw werkplan niet eenvoudig genoeg blijven, eerst als de hoofdzaken
bekend zijn, mag aan moeilijker gevallen gedacht worden.
keger en Sport.
Wat hebben wij van Japan geleerd door den Mandsjoerijschen veldtocht?
Strategisch niets; de groote geniale idee ontbreekt, die den tegen
stander den beslissenden slag toebrengt. Overheerschend is de laag-bij-
de-grondsche middelmatigheid, die niets waagt doch ook niets van belang
bereikt. Het Japansche Legerbestuur kon er zelfs niet toe besluiten,
Port-Arthur voorloopig slechts door eenige waarnemingstroepen te doen
bewaken, om eerst met alle beschikbare krachten het Eussische veld
leger slag te leveren en te vernietigen.
En tactisch? Ook hier zien wij ongeveer hetzelfde; soms wat beter,
dikwijls ook slechter. De werkelooze tegenstander, niet voldoende los
van zijn stellingen, maakt geen gebruik van de fouten door de Japanners
begaan, waardoor deze fouten niet zoo in het oog vallen.