10
optreden. Zij worden samengesteld en aangevuld uit het Leger, en
blijven daartoe behooren doch als eene afzonderlijke organisatie.
Dat werk doen onze marechaussees, eerlijk gesproken: dat doet
onze geheele Infanterie die buiten is.
Doch daarvoor is ongeveer 2/3 van de beschikbare Infanterie
noodig, zoodat hieruit ten duidelijkste blijkt, dat door de uit
breiding van ons gezag, de Landsverdediging niet meer aan dat
overblijvende 1/8 deel mag worden opgedragen.
Zullen bij oorlogsgevaar alle weerbare ingezetenen kalm thuis
blijven, de toko of het bureau voor eenige dagen sluiten tot
de deining voorbij is en dan weer doorgaan met hun gewone
werk, onverschillig wie nu de lakens uitdeelt?
Helaas, ja. Velen denken reeds zoo, omdat onze landsverde
diging nog niet als een plicht geleerd wordt van allen.
Ons bestuur, ons onder w ij s moet meer nationaal
worden, de weerbaarheidsgedachte moet door alle lagen dei-
maatschappij dringen, dan komt de defensie op betere grondsla
gen en zal een meer opgewekte beschouwing plaats maken
voor de kleinmoedige theoriën van de laatste jaren.
Daaraan kan eene gemengde commissie x) voor de
landsverdediging veel goeds doen en daarvoor zou ik het
voorstel van de Java-Bode van 24 Dec. jl. willen splitsen.
We lezen daar
In militaire kringen wordt meermalen de wenschelijkheid
van een Indischen Raad van Defensie besproken, omdat men
voelt, dat het vaststellen van een defensieplan, van de richting
waarin het leger moet worden geoefend, ..I. V." of „B. V.",
van de daarmede nauw samenhangende bewapening enz. enz. van
te groot belang is, om zulks over te laten aan de steeds wis
selende inzichten van personen, i. c. opvolgende legercomman
danten. In dien raad zouden dan zitting kunnen nemen de
commandanten van land- en zeemacht met hunne departements
chefs, zoomede eenige deskundigen buiten het leger staande
personenzooals chefs van bank-instellingen of groote handels
huizen, enz.
Men sla daarbij even na het stukje: „Toezicht op onze defen-
1) Indische commissi ën zijn schrikbeelden- Waarom niet liever een Raad die meer
de beteekenis van een vertegenwoordigend lichaam krijgt. Red.
