325
mij zelve het vertrouwen in ons wapen gedaald. Alleen een
hoogst enkele die physiek zwak was of slechte oogen had, kon
met de nieuwe methode de resultaten door hem bij de oude
methode verkregen, niet verbeteren. Behoort S. nu tot deze
laacste cathegorie, of heeft hij zich misschien practisch nimmer
met dien ijver op den aanslag toegelegd, aangezien hij theoretisch
verzet aanteekende tegen de grondslagen der nieuwe methode?
Anders zoude hij nimmer een dergelijk resultaat als motief
tegen de nieuwe methode aan hebben gevoerd.
Feuilletau de Bp.uyn.