331
Ten slotte nog een paar algemeene opmerkingen en dan eenige
over de etiquette, waartegen vaak wordt gezondigd, zonder
het te willen
1. Kies een paard naar uwe taille.
Lichte, slanke ruiters hebben het voordeel ieder paard te
kunnen berijden maar zijt ge zwaar van postuur neem dan een
stevig gebouwd paard. Het geeft u 't voordeel, dat het u beter
draagt, en dat ge nimmer de lachlust opwekt. Want een ruiter
trekt nu eenmaal de aandacht, en de booze menigte lacht
graag om een ander
2. Verzorg het toilet uwer paarden.
Niet alleen ter wille van de hygiëne, maar ook ter wille van
uwe eigen verschijning. Bovendien stijgt uw paard er door in
waarde.
Ongeknipte vetlokken geven het dier een leelijk voorkomen,
en zijn een broeinest van ongerechtigheden. Evenzoo onver
zorgde manen en niet getrokken staarten. Maar vergeet niet
dat bij elk type van paard een bepaald toilet behoort.
Zoo zullen een kort, ineengedrongen paard, of een Hack- of
Hunter-type, geschoren manen en korte staart goed staan; zoo
behooren bij een meer Arabisch model, lange dunne manen, en
een lange, dunne, puntig uitloopende staart; zoo passen bij een
langlijvigen volbloed zoowel geschoren als halve, of lange, dunne
manen, maar is steeds de staart lang, zij deze recht afgesneden
boven den hak, dan wel puntig uitloopende. Meen niet, dat zulks
niet aan bepaalde regels onderworpen is; integendeel, en deze
hebben hun ontstaan te danken aan schoonheidsbegrippen en
langdurige gebruiken. Maar ze worden hier in Indië veelal
schromelijk verwaarloosd, en dat is jammer, menig paard zou
ongetwijfeld veel in uiterlijk voorkomen winnen.
Het staat een ieder natuurlijk vrij, zich daaraan te houden
of niet; maar indien ge het niet doet, zal ieder paardenkenner
dadelijk zeggen: „die vriend weet er niets van".
Wat voor velen vrijwel gelijk staat met eene beleediging in
dit goede land.
3. Indien gij van uwe merrie spreekt, zeg dan: „zij" en
„haar".