343 c. door den compagniescommandant alleen dagelijksche rap porten en strafhoeken; terwijl ook het menagebeheer aan laatstgenoemden zou zijn over te laten. Welk een arbeid zou daardoor niet kunnen worden bespaard en dus ook personeel vrij komen. Wel is waar zou dan op de korps- en andere bureaux wat meer moeten worden gewerkt, maar met uitbreiding van per soneel op die kantoren zou men het gewenschte doel bereikt hebben en vooral geen dubbel werk worden verricht. Immers de z. g. korpsstukken worden vóór de indiening aan hoogerhand door den korpscommandant ten zijnen bureele nagezien; alle administratieve bescheiden worden geverifieerd door den kwartiermeester die bovendien nog nagenoeg een zelfde stel registers en controles aanhoudt als thans bij de compagnie, terwijl wat de reparatieën aangaat, door de laatste wijzigingen van de betrekkelijke bepalingen de officieren van kleeding en wapening thans ook reeds de maandelijksche reparatiestaten opmaken en alsdan de compagniescommandant daarvoor geen nota's en registers meer behoeven te doen opmaken en aanhouden. Voor de meerdere werkzaamheden ten korpsbureele zou een onderofficierstafschrijver meer in de formatie kunnen worden opgenomen. Aan den kwartiermeester van een groot garnizoen of heel bataljon zou een sergeant-majoor of adjudant-onderofficier-kwar tiermeester en een schrijver; aan dien van kleinere garnizoens- administratieën of halve bataljons alleen een sergeant-majoor kwartiermeester zijn toe te voegen Alle betalingen worden dan door den kwartiermeester aan de minderen zelf gedaanbehalve de soldijen en op de aantoo ningen voorkomende indemniteiten, welke niet om de 3, 4, 5 of 6 maar om de 8, 9, 10 of 11 dagen zouden zijn uit te betalen evenals bij de hospitalen Voor de uitbetaling der soldijen zou 1) Worden hiervoor pas benoemde onderofficieren-kwartiermeesters aangewezen, dan heeft men tevens het voordeel, dat indien ze zelfstandig komen te dienen, ze reeds in de praktijk werkzaam zijn geweest en hun handen niet verkeerd staan, wat thans maar al te dikwijls wel het geval is. Er zal toch nog wel wat tijd over zjjn om zich van andere zaken op de hoogte te stellen, al ligt het in de bedoeling hen in hoofdzaak te doen belasten met het admini stratie- en uitbetalingaboek en de opmaking van ontvangstbewijzen enz.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 369