- 29 officieren der compagnieën worden niet opgenomen, daar ik hun aantal en indeeling wensch te behouden. Mijn zou dan krijgen aan vrijwilligers. a I Eene totaal-sterkte dus die slechts weinig van de tegenwoordige verschilt. Deze tabel geeft aan de vredesformatie zooals ik mij die voorstel. Bij mobilisatie is per compagnie op 20 fuseliers gerekend die wegens ziekte of tijdelijke ongeschiktheid aan andere korpsen (Subsis- tentenkaders of Depötbataljons) moeten worden overgegeven. Elke Eur. compagnie wordt dan versterkt met 100 miliciens, waaronder 8 milicien korporaals. De africhting der dienstplichtigen wenschte ik als volgt: a. militie: eerste oefeningstijd van 8 maanden waarvan 6 maanden bij een depötbataljon en 2 maanden bij een veldbataljon en wel bij de compagnie, waarbij zij bij mobilisatie zullen worden ingedeeld, verder twee herhalingsoefeningen elk van 14 dagen bij diezelfde compagnie; b. landweer: twee herhalingsoefeningen elk van 14 dagen bij dezelfde compagnie; c. landstorm: ongeveer op den voet als de tegenwoordige schutterij. De eerste oefeningstijd wordt door allen gelijktijdig doorge- Eur. korp. Eur. tamb. en hoornbl. Eur. fus. 1 1 Amb, serg. Amb. korp. Amb. tamb. en hoornbl. c/5 =2 .O g Inl. serg. Inl. korp. Inl. tamb. en hoornbl. tn 40 Eur. Compieën. 320 120 4000 Vredesformatie. 12 Amb. 96 132 36 2400 22 Jav. 176 242 66 4400 5 Soend. 40 55 15 1000 1 Timor 8 11 3 200 To aal 320 120 4000 96 132 36 2400 224 308 84 5600

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 47