460
De Concept- leidraad noor de irerfezaamlieden nan den Bond.
tegenstand tot de erkenning brengen, dat algemeene aansluiting der
ambtenaren dringend noodig is en dat boe eer hoe beter eene intensieve
aktie moest begonnen worden.
Het bestuur in zijne nieuwe samenstelling voelt den moed in zich
om de aktie krachtig voort te zetten. De bond van ambtenaren bij den
Post- en telegraafdienst en het Nederlandsch-Indisch Onderwijzersgenoot
schap sloten zich reeds aan, voorts rekent men op de toetreding der
vereeniging van leeraren bij het Middelbaar onderwijs, en van de ambte
naren van de Staatsspoorwegen en van de vereeniging van ambtenaren
bij het Binnenlandsch Bestuur. Het orgaan, dat tot dusver ongeregeld
uitkwam, en waarvan 5 nummers verschenen zijn, zal voortaan geregeld
eens per maand verschijnen.
Zoolang in Nederland de administratieve rechtspraak nog niet is inge
voerd, zal deze, zoo meent men, ook voor Iudië voorloopig tot de vrome
wenschen gerekend worden. Maar in afwachting daarvan kan gestreefd
worden naar verkrijging van brokstukken van een dergelijke rechtspraak.
Zoo zou bijvoorbeeld het bestaan van een scheidsgerecht reeds zeer veel
bijdragen tot het wegnemen van bestaande misstanden. Yoorts wat
betreft de zekerheid van uitbetaling der pensioenen ingeval van overgang
onzer bezittingen in vreemde handen, alsmede wat aangaat den invloed
van deelgerechtigden op het toezicht op de wijze van beheer van het
civiel weduwen- en weezenfonds stelt men zich voor, dat belangrijke
verbeteringen mogelijk zijn. In een uit het Algemeen Handelsblad over
genomen artikel van Mr. L. A. C. Kolff' „Een pensioenbank voor Indische
pensioenen" wordt herinnerd aan het lot van de hollandsche ambtenaren
der vroegere Zuid-Afrikaansche republiek, die door de opvolgende Engelsche
regeering zonder eenige vergoeding of tegemoetkoming aan den dijk
gezet werden. De conduitestaten der ambtenaren maakten ook reeds
een onderwerp van bespreking uit in het orgaan, terwijl mededeelingen
van hetgeen in het buitenland, met name in Duitschland, geregeld is
met betrekking tot den rechtstoestand der rijksambtenaren opmerking
verdient.
B.
(Kol. Weekblad.)
In „De Ambtenaar", no. 3 vinden wij een „conceptleiddraad voor de
werkzaamheden van den Bond" aangekondigd, met andere woorden: een
werkprogram, waaraan het den Bond tot heden ontbroken heeft. Tot
nu toe bepaalde de werkzaamheid van den Bond zich tot de uitgifte
van een orgaan dat en dit kon ook wel niet andersgrootendeels
gevuld werd met verhandelingen en artikelen uit het orgaan van den
Nederlandschen Bond. In 't algemeen ging van dezen Bond weinig leven
uit bij gebreke van een werkprogram, eene omschrijving van de wijze
waarop de Bond zou hebben te trachten het beoogde doel te bereiken.
Het Bondsbestuur heeft dit verzuim thans iDgezien en erkend; des te
meer reden is er dus om het thans te prijzen nu het in de aangeduide leemte
tracht te voorzien. De door het bestuur opgestelde leiddraad luidt aldus:
