30 maakt en zoodanig geregeld dat althans de laatste 4 maanden in het schietseizoen vallen. De keuze van het tijdstip der herhalingsoefeningen kan binnen zekere grenzen aan de dienstplichtigen worden overgelaten, mits zij slechts binnen het schietseizoen valt. Onder 14 dagen versta ik 14 werk dagen. De tegenwoordige formatie der depötbataljons is niet geschikt om daarbij jaarlijks nog 600 a 800 miliciens te doen opleiden. Thans heeft men 4 depötbataljons met 15 compagnieën, waar van 4 Europeesche, 1 Amboineesche en 10 Inlandsche, elk be rekend op eene sterkte aan recruten van 150 tot 210 man. Aan vast kader tellen de depötbataljons thans. 1 In plaats van deze formatie stel ik voor het aantal compag nieën tot 20 uit te breiden, die allen op Java gelegerd moeten zijn, georganiseerd tot 4 bataljons a 5 compagnieën, waarvan 2 bataljons de taak van de tegenwoordige depötbataljons zullen overnemen en de beide andere eene tweeledige taak zullen hebben en wel a. in vredestijd opleiding der miliciens. b. in oorlogstijdhet vormen van bezettingstroepen van de bij de landweer ingedeelde dienstplichtigen. |lïoo'dofficieren. Luit.-Adj. it CC O. _c O <£2 C3 cn (Stai tamboers. jWerklieden. •Kapitei s. ;Luits. of 0. Luit. c? 3 tc V v: Fourier. jEur. Serg. Q- S-, O is 5 c t- o O ff 05 s> ci 5 _w_ cc ff 3 J*L |Amb. Serg. Amb. Korp. [AmbtambonhoornblJ CC ff <1 Inl. Serg. Inl. Korp. 13 O O ff 05 -ff ci "c Inl. Fus. Staven 4 4 8 8 4 8 4 Eur. Compieën 4 16 4 4 40 60 12 80 1 Amb. d 1 4 1 1 10 12 10 3 20 10 Inl 10 40 10 10 O O 120 100 30 200 Totaal 4 4 8 8 4 8 15 60 15 ,5 150 60 12 80 12 10 3 2o'l20 O O o O CM CO

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 48