In fflemoriam.
3hr. T. fl, G, Beelaerts uan Blokland.
Yelen zullen hem niet eens kennen, den sympathieken hulp-
vaardigen Bibliothecaris van het Departement van Oorlog te
's Gravenhage; maar die hem zich herinneren en dat zijn allen,
die zich wel eens kwamen laven aan de bronnen der wetenschap
aldaar en verder al zijne tijdgenooten van de Academie, zij zullen
zich even smartelijk getroffen hebben gevoeld als ik, toen het
sombere doodsbericht me bereikte.
Bij het optreden der tegenwoordige Redactie was Beelaerts
dadelijk bereid om het zijne bij te dragen tot verheffing van
ons tijdschrift. Kon 't ook anders, de kalme makker, voor wien
niets te veel was, als hij een dienst kon bewijzen. Voor welke
moeilijke opdracht we ook stonden, Beelaerts wist de bronnen.
„Wat zoek je nu weer, kan ik je niet even helpen?'
"och, brave, natuurlijk graag. Maar je kunt toch niet alles
weten."
„Nu, wat is't dan?"
En we kwamen, hoewel schoorvoetend, met het onderwerp
voor den dag: Neutraliteit van de Schelde of oorlogsrecht bij
den Islam of schoeisel voor inl. soldaten, en altijd wist Beelaerts
er wat van. - „3e Kamer 1ste rak links bovenste rij, zoowat in
't midden; - wacht, ik zal 't je wel even geven," en dan kwamen
er een twee, soms drie boeken met gegevens. Beelaerts was een
wandelende catalogus. Drong de tijd wat, dan vroeg hij den
volgenden dag terug te komen en lag een stapeltje literatuur
klaar. Je behoefde niet verder te zoeken; wat de bibliotheek
kon geven, was daar bij een.
Hem stille medewerker van ons orgaan, zij het mij veigund
een enkel woord van hulde te brengen aan zijne nagedachtenis,