512 c. Onder éëne groep dekking bleven de tandoes aan den voet van den heuvel, om waar noodig hulp te bieden. De commandant dezer aanvalscolonne bevond zich bij a. Te IO1/4 u V. M. was afdeeling a ongemerkt tot op 30 M. van de borstwering voortgekropen, het opklimmen was zeer langzaam gegaan, daar de steile helling bezaaid was met steenen, die los in den grond zaten, en telkens naar beneden rolden, met gevolg, dat een fuselier door zoo'n vallenden steen aan het hoofd ver wond werd. De 23 aanvalscolonne was nu in vuurgevecht en de salvo's gierden door de lucht de commandant der le aanvalscolonne begaf zich zoo ver naar links, dat hij langs den kam, de 2e aanvalscolonne kon waarnemen waarbij hem bleek, dat geen gevaar van eigen vuur te duchten was. Onmiddellijk daarop werd het commando Attaqueeren" gege ven. De voet van de borstwering werd bereikt, de ladders vlug tegen de helling geplaatst, en de eersten klommen naar boven om den buitenpagger open te kappen. De Eur. fuselier Holman wist zich hier het eerst doorheen te werken. Uit de benteng begon de bezetting hevig te gillen van „Loko mai compania", (Kom maar op!) en „Taoe ha ha ha"! (Toradja krijgskreet) en te schietenmet steenen, lansen, aangepunte balken te werpen, terwijl uit de rechterflank Baroepoe met vuur ondersteunde. De Eur. sergeant Drechmeyer werd aan het hoofd verwond, terwijl de adjudant onderofficier Sailer, den gewonde willende ophelpen, doodelijk getroffen neerzeeg. Door middel van de ladders en het maken van treden metkapmes werd de eerste borstwering beklommen en de buitenpagger zooveel mogelijk opgeruimd. De tirailleurlinie stond nu op een wal, welke opgevuld was met bamboeversperringen of randjoes, zie schetsen 3a en 3ö, vóór de 2e borstwering, waarboven nog een pagger. De Europeesche sergeant Savoye trachtte zich alleen tegen de bovenste pagger op te werken, doch kreeg twee schoten door het hoofd. Zijn oppasser, de inlandsche fuselier Tjitro, trok het lijk uit de pagger, kreeg daarbij een schotwond, een lanssteek in de borst en rolde daarna door een zwaren steen getroffen de borstwering af, (heeft als belooning voor zijn moedig optreden de M. W. O. gekregen).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 538