513
Successievelijk kropen de manschappen door den buitenpagger
en werden behalve de genoemde projectielen nog met lombok
water bespoten.
Doordat de soldaten herhaaldelijk met hunne bajonetten (krul)
in de bamboeversperringen verward raakten, had de tegenpartij
gemakkelijk spel. Buiten gevecht werden gesteldde Europeesche
fuseliers Holman (speer in de borst), van Hove, Ter Horst, de
Inl. fuseliers Ranatirto, Tomonawi en Singokromo door schot
wonden, lans- en steenworpen, en alle dwangarbeiders, welke
aan 't opruimen der versperringen waren, (4 kregen geheele
kwijtschelding van straf). Onder zulke omstandigheden ging 't
opruimingswerk niet vlot; eindelijk waren eenige openingen in
de bovenpagger gehakt en werd van de artilleriestelling luid
hoera geroepen, omdat de vijand binnen de benteng begon te
weifelen. De commandant der aanvalscolonne liet den Eur. genie
soldaat twee handbommen werpen, welke onder groot gebrul
van de bezetting uiteen sprongen. Yoor het laatst weerklonk
nu het commando: „Attaqueeren!". De Eur. fuselier Loef sprong
het eerst in eene opening, doch zakte dadelijk, doodelijk in het
hoofd getroffen, neer.
De commandant der le aanvalscolonne en de Eur. fuselier
Schwagers sprongen nu gelijktijdig tegen deze opening op, en
werden bereidwillig door de inlandsche fuseliers het eerst naar
boven geduwd. De benteng was genomen. Yan de 2e aanvals
colonne had de Eur. sergeant de Haas, gebruik makende van
het feit, dat de geheele bezetting zich tegen de le aanvalscolonne
keerde, zich met behulp van een ladder tegen de borstwering
opgewerkt en kwam ongemerkt No. 1 in de benteng, de laatste
tegenstanders neerleggende. De bezetting sloeg in wilde vlucht
langs de O. helling naar Baroepoe of Rari, de geweren meene
mende, en kreeg onder het vervolgend snelvuur nog vele ge
wonden, welke langs de helling naar beneden rolden. Yan den
vijand bleven slechts 11 dooden met 3 voorladers en vele
blanke wapenen liggen, terwijl deze overwinning ons totaal
kwam te staan op 5 dooden, 23 gewonden van den troep en 8
gewonde dwangarbeiders.
Als ongunstige omstandigheden bij dit gevecht moeten wor
den genoemd: