573 dracht op aanvallende wijze uit te voeren, d. i. hij houdt zijn detachement nabij de bruggen bijeen, om, wanneer d9 nadering van vijandelijke troepen gemeld wordt, deze tegemoet te gaan en aan te vallen, waarbij natuurlijk wachten ter onmiddellijke dekking van de bruggen achter blijven. Onder de gegeven omstandigheden, nl. tegenover eene geslagen tegenpartij, verdient deze wijze van handelen zelfs alle aanbeveling, omdat alleen door aanvallend optreden de schrik erin blijft. Trouwens, onze terreinen met in het algemeen weinig ver uitzicht zullen ons meestal, misschen wel tegen wil en dank, tot aanvallen dwingen stelling nemen zonder voldoende schootsveld heeft wis en zeker eene nederlaag ten ge volge en opruimingen worden niet m eene vloek en eene zucht uitgevoerd 1). De Detachementscommandant denkt omtrent 12 u. 's middags aan te komen; het peloton cavalerie kan reeds om 8 u. v. m. ter plaatse zijn en heeft dus in afwachting van de aankomst der infanterie eenigen tijd, althans bij gedeelten, kunnen rusten. Na aankomst van het detachement te Tjirandjang kan de cavalerie dus de verkenning in westelijke richting voortzetten. Voor den nacht kan op hare diensten niet gerekend worden. Wil de Detachementscommandant niet in een minimum van tijd door zijne cavalerie heen zijn, dan moet hij er angstvallig voor waken, dat zij goed kan uitrusten 2). Wanneer nu de cavalerie de verkenning in westelijke richting voortzet, is het te veel van de krachten van man en paard gevergd, om haar vóór den nacht in het bivak van het geheel te doen terugkomen; zij brengt dus den nacht ergens in een verborgen hoekje door, zoodat er te minder kans bestaat, dat de eens verkregen voeling verloren gaat (L. B. V. 5). Om nu tenminste eene enkele patrouille te kunnen uitzenden, houdt de Detachementscommandant een paar ruiters aan, waarvoor na tuurlijk de meest vermoeide paarden en manschappen gekozen worden. Onderweg blijft op last van den Detaehementseommandant eene sectie van Inf. IV achter tot bewaking van de spoor-en de gewone brug over de Tji Taroem. Deze sectie geeft ook 1 gegradueerde en een paar fuse liers tot bewaking van het telegraaf-kantoor te Radjamandala. Wanneer gedurende den marsch niets naders omtrent den vijand ver nomen wordt, luidt het legeringsbevel als volgt 1ste Brigade. Detachement Tjirandjang Andir Tjirandjang24 Haart 1909 No. 3. 11-30 v.m. 3). Legeringsbevel voor den 24stm Maart. 1. Omtrent den vijand is niets na ders vernomen. 1) Bovendien veroorzaken opruimingen groote pchade aan de bevolking, waarvan men hulp en steun tegenover den B.V. broodnoodig heeft, terwijl het lang niet zeker is, of er over genoeg geld beschikt kan worden, om de aangerichte schade op ruime schaal te vergoeden. 2) Ook ten opzichte van de ordonnansen kan spaarzaamheid niet genoeg aanbevolen worden. Hoe dikwijls wordt een bereden ordonnans met eene boodschap uitgezonden, betgeen achterwege gebleven zou zijn, wanneer de lastgever haar zelf te voet had moe ten overbrengen 3) Aannemende, dat de colonne op dat uur Andir Tjirandjang voorbijgaat en het be vel alsdan uitgegeven wordt.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 599