582 - bij het veldgeschut gebezigde libel-kijkeropzet voldoende zal zijn. Eene onafhankelijke vizierinrichting vereischt complicaties die tot verzwaring van het geheel leiden. Verder zal van strooi- vuur door draagbare artillerie zelden gebruik kunnen gemaakt worden met het oog op den geringeren munitievoorraad in de batterij, in vergelijk met de veld, waardoor van zelf het juist heidsschot op den voorgrond treedt. Door het lage stuk moet de opzet op een uitschuifbaar ver lengstuk gesteld kunnen worden. Bij geheel uitgeschoven stang en dus richting over het schild, gaat de richter op het knie kussen aan de affuit staan. Ook bij draagbare artillerie is een schild noodig. Schilden afzonderlijk mee te voeren en deze slechts te plaatsen als het noodig wordt zooals b.v. in Zwitserland geschiedt is niet aan te bevelen, omdat hiermede kostbaren tijd verloren gaat en dan reeds verliezen kunnen zijn ingetreden. Bovendien ver hoogt het gewicht der steeds geplaatste schilden de stabiliteit van het stuk. Dat verder draagbare artillerie zoowel gereden als gedragen vervoerd moet kunnen worden en dat de draagzadels iederen last, zoowel van het stuk als munitiekisten of korven moeten kunnen opnemen, spreekt van zelf. Dit zijn, in groote trekken, de algemeene eischen aan mo derne, draagbare artillerie thans reeds onafwijsbaar te stellen. Aan al deze eischen voldoet het proefkanon. Gaven wij vroeger reeds aan welke wijzigingen alsnog aan het oorspronkelijke project voor het proefkanon zouden moeten aangebracht worden om voor Indië meer geschikt te zijn, gedeeltelijk werd bij het proefkanon door den constructeur nog verder gegaan, anderdeels werd eene andere oplossing ge vonden, dan door ons aangeduid. Bij het oorspronkelijke project lag de ballast als een mantel of kap boven op het kanon, sloot aan op de slede, zoodat het kanon geheel omv-it werd. Om bij groote verhitting van het stuk bij voortgezet vuur klemming te voorkomen, werden de ringen aan het achterein- 1) X. M. T., 1906, II, blz. 802.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 610