47 Hier had men een guerilla gevoerd met een fanatisme en volharding zonder weerga, ondersteund door een geheele bevolking met een ontzet- tenden haat. En toch mislukte deze guerilla tegenover de geregelde Fransche troepenzelfs La Romano en Cuesta zagen in dat alleen van guerilla benden, hoe goed ook aangevoerd en hoe voorspoedig ook optre dende, de overwinning niet was te verwachten, dat ze alleen konden dienen tot ondersteuning van de eigenlijke hoofdmacht. En deze was niet behoorlijk uitgerust en dolf, ondanks de buitengewone dapperheid der troepen, het onderspit bij Medillon en het waren de Engelschen, goed uitgerust met cav. en art., die de Franschen in hun overwinning stuitten bij Talavera de la Reyna. Later waren het weer de Engelschen die de Franschen tegenhielden (Busaco) en vervolgens tot den aanval overgingen, welke eindigde met de bevrijding van Spanje. Evenmin als in Tirol, zou hier de guerilla alleen dit resultaat bereikt hebben. 3o. Z -Afr. oorlog. Hier ziet men iets dergelijks; toen in de latere periode van den oorlog de geregelde hoofdmacht niet meer aanwezig was, was het lot der repu blieken beslist. Mijn conclusie nu is: Wanneer men optreedt, in welk terrein ook, met kleinere troepenafdee- lingen, zal men alleen partiëel voordeelen behalen en zal men in geval van échec terug moeten kunnen trekken op een hoofdmacht, welke in staat is den vijand zoolang op te houden, totdat men weer hersteld is, want anders wordt men partiëel vernietigd, want een energieke tegenstander zal zich door dergelijke kleine échecs niet laten ophouden, maar doorgaan met oprukken totdat hij zijn doel bereikt heeft. Bovendien moet deze hoofdmacht, wanneer de tegenstander door ons optreden, hetzij door harceleeren, hetzij door ophouding in ongezond terrein, geschokt is, aanvallen en trachten den vijand te vernietigen, daar onze tegenstander zich anders van de geleden verliezen herstelt en opnieuw begint (Z. A. oorlog). Ik neem dus aan dat we een behoorlijke hoofdmacht noodig hebben deze hoofdmacht zal met behoorlijke cav. en art. uitgerust moeten zijn, wanneer zij wil optreden tegen de vijandelijke hoofdmacht, want wanneer men alleen beschikt over 3.7 c.M waarvan de materieele uitwerking nihil- is en dus de moreele op den duur ook, zal men zoowel de vijandelijke art. als de vijandelijke inf. ongeschokt tegenover zich hebben bij een eventueelen aanval. Want ge zult toch toestemmen dat met 3.7 c.M. dit niet bereikt wordt. En we mogen het terrein mede hebben, de vijand zal er ook zijn voordeel mede doen. Optreden tegen ongeschokte art. is geloof ik niet dan met zeer zware verliezen mogelijk. Dat cav. noodig is voelt ge zelf, maar m. i. vergeet ge te veel, dat we beveiligende cav. noodig hebben, daar anders de vijandelijke cav. ons zal bestoken, transporten oplichten en verrassen. Wat uw opstel zelf betreft, moeten me nog de volgende opmerkingen van het hart.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 65