fïïededeeüRgen. flan de Redactie. Reclame uoor de militaire Willemsorde. Het zij mij vergund in ons vakblad eens de aandacht te mogen vesti gen op deze hoogstbelangrijke kwestie en wel vooral met het oog op de jongere officieren, welke geroepen kunnen worden in zulk eene aange legenheid verklaringen van oogsetuigen te moeten afnemen, waarna deze verklaringen door den commandant van het korps zullen worden onder teekend. Dat ik mij speciaal richt tot de jongere officieren vindt zijne oorzaak hierin, dat ik mij voor kan stellen, dat een pas aangesteld of ficier door onbekendheid met het wezen dezer aangelegenheid bij een hem opgedragen afneming eener verklaring zich niet bewust is van welke eene groote waarde het voor den reclamant is, dat dit onderzoek met den meesten ernst en toewijding wordt gehouden. Is men dit uit een oogpunt van plichtsbesef reeds ten allen tijde verplicht, nog te meer moet men hiervan doordrongen zijn indien de reclame geldt een collega, waar behalve het plichtsbesef nog een andere factor aanwezig is, n. m. de kameraadschap. Men moge den reclamant al dan niet kennen, als man van eer is men verplicht tegenover zijne kameraden de overtuiging te hebben het onderzoek naar zijn beste weten te hebben gehouden. Nu weet ik wel, dat her. begrip kameraadschap een eigenschap is, die helaas niet bij ons allen in dezelfde mate aanwezig is, en dat er genoeg collega's worden gevonden, welke in stede van te voelen te behooren tot eenzelfde cathegorie van personen, daar eene groote onverschilligheid voor aan den dag leggen. Ik vind dit een betreurenswaardig verschijnsel, maar nog meer be treurenswaardig vind ik het, indien dit verschijnsel oorzaak zou zijn, dat de belangen van een collega daardoor niet naar behooren zouden worden behartigd. Ik had kort geleden een gesprek met een ridder der M. W. O. en 't was bedroevend te hooren, welke conclusie hij trok over de wijze waarop zijne belangen bij het reclameeren der Willemsorde waren behartigd. „Ge weet niet, aldus verklaarde hij, met welk eene onverschilligheid, tegenslag en wangunst je te kampen hebt, indien je reclameert voor de M. W. O. Je beste vrienden, kameraden van je eigen studiejaar, men- schen, waar je vast vertrouwen in had, ze laten je in den steek." Alsof onverschilligheid al niet erg genoeg ware, komt wangunst daar ook nog bij, wangunst om een kameraad, die zijn plicht aan het vaderland heeft volbracht, die zijn leven heeft gewaagd voor koningin en vaderland, die de hoogste militaire eigenschappen, moed, beleid, en trouw in zich heeft vereenigd, de belooning te misgunnen voor zijne heldendaden. Kameraden een ernstig woord. Mogen er dan al gevonden worden, die zich door een dergelijke onedele drijfveer laten misleiden, laten wij daaraan

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 697