Van fllles Wat,
Remonteering in de Fransche Koloniën.
De remonteering in de Fransche Koloniën is geregeld bij decreet van
Augustus 1904, organisant la remonte aux colonies. (Journal officiel
4 Oct. 1904).
Het rapport van den Minister van Koloniën, waar dit decreet op ge-
baseeid is, zegt, dat men tot voor korten tijd in de bezittingen voor het
verkrijgen van troepen- en offieierspaarden zich had te wenden tot de
naburige landen of de hoofdplaatsen, maar dat, dank zij de oprichting
van stoeterijen en de aanmoediging van de paardenfokkerij, de toestanden
zich dusdanig ten gunste hebben gewijzigd, dat de militaire administratie
plaatselijk bijna alle benoodigde paarden kan aankoopen.
De remonte-dienst omvat den aankoop en de aanvulling van de dieren
bjj den troep in de sterkte rekenend en van de paarden voor de officieren
of daarmede geassimileerden, niet bij de bereden korpsen ingedeeld.
korpsen regelen de remonteering zelf. Die voor officieren, niet
bi) bereden troepen ingedeeld, geschiedt door de remonte-depots, die
bovendien belast zijn met het in voorraad houden van een zekere reserve,
waarvan de sterkte door den minister wordt bepaald.
Voor elk der korpsen en depóts wordt een remonte-fonds (masse de
remonte) beschikbaar gesteld, bestemd om daaruit de noodige uitgaven
te doen. De bijzonderheden zijn nader bij ministerieele beschikking
geregeld.
Aan het decreet van denzelfden datum, portant règlement sur la remonte
des officiers de toutes grades et assimilés aux colonies (J. O. 3 Oct. 1904),
wordt het volgende ontleend:
De hoofd- en subalterne officieren (en de daarmede geassimileerden)
krijgen op kosten van den staat het reglementair aantal dienstpaarden,
zoowel op voet van vrede als op dien van oorlog. Opperofficieren moeten
op voet van vrede hierin echter zelf voorzien, maar krijgen op kosten
van den staat het meerder aantal paarden, dat op voet van oorlog is
voorgeschreven.
Voor de van den staat verkregen paarden (remonte a titre gratuit) wordt
niets betaald; deze blijven ecater het eigendom van het korps of het
depot, waarvan zij afkomstig zijn.
Hij de remonteering op eigen kosten (a titre onéreux) wordt een som,
vertegenwoordigende de waarde van het dier, in het remonte-fonds gestort,
waarmede het paard onder zekere voorwaarden het eigendom is van
den officier. Deze waarde wordt gerekend gelijk te zijn met den aankoops-
prijs. Heeft het paard echter reeds bij het korps dienst gedaan, dan
wordt die voor elk half jaar dienst met -] verminderd, tot een maximum
van J/7 van den oorspronkelijken prijs. Deze zelfde berekening geldt als
60n paard wordt teruggegeven.
De officieren van de bereden korpsen hebben keuze uit alle paarden
van het korps. "Wanneer meerdere tegelijk een paard noodig hebben,