70
De oplossing uan het uniforniDraagstuk in Zireden.
voeren van bevelen, bijbrengen aan hen, die het missen of onvoldoende
beseffen. De een wil het door drill", de ander door „erziehung" (om
mij van die veelgebruikte woorden te bedienen). "Wie het bij het rechte
eind heeft, wordt niet besproken in dit opstel. Maar de nieuwe school,
die het laatste wil en het eerste zelfs voor manschappen èn aanvoerders
verkeerd acht, verlangt daarom nog niet naar gemakzucht voor den
soldaat, heeft een afkeer van populariteit/a^ers, eigenzinnigheid, plicht
verzuim, doch vraagt ook zelfstandigheid, initiatief, stiptheid, orde, onder
worpenheid, gehoorzaamheid, een op den achtergrond dringen van het
eigen ik, als dat geëischt wordt (1125). Zoo min als voor den soldaat
vraagt zij gemakzucht voor den officier, integendeel maakt zij zijn werk
kring wat betreft gezagsuitoefening moeilijker, zooals en omdat de mo
derne wapens zijn werkkring, wat betreft aanvoering, moeilijker maken.
Zij neemt geen genoegen met gebrek aan kenni3 van reglementen, waar
onder de I. W. Dienst de voornaamste plaats inneemt.
Dat in het buitenland gesloten oefeningen bestaan, is geen bewijs voor
hun onmisbaarheid. Mogen wij nooit de eersten zijn? Tegenstanders
van gesloten exercities zouden op het Japansche leger wijzen. Zij hebben
dan blijkbaar geoordeeld zonder dat leger te kennen, wat niet verstandig
is. Doch ik vestig er de aandacht op, dat overste Graafland, dien S-r.
blz. 1121 noemt, en vele anderen reeds lang voor den E.-Jap. oorlog
hun ideeën verkondigden.
Het opstel van S-r. doet ons schrijvers inzichten kennen. Het spijt
mij, dat de legers er weinig aan zullen hebben, daar ze niet vergezeld
gaan van motieven. Op blz. 1118 spreekt S-r. van: „zuivere leer" maar
(dominé had ik haast gezegd): „Wie zegt dat Uw leer zuiver is en die
van een ander niet. Als ik nu eens vond, dat het Oude testament voor
aanhangers van het nieuwe gemist kon worden?
Of Ma vors haspelt (de alinea op blz. 1118 over 't verwisselen van
oorzaak en gevolg begrijp ik niet) kan de lezer van het I. M. T. uit
het telefoongesprek niet beoordeelen, maar het zou alleen bewijzen
dat Mavors een haspelaar is, niet dat de nieuwe school haspelt.
Kan S r. geen nieuw licht ontsteken omtrent „Drill oder Erziehung"
dan moet ik bij mijn oude opvattingen blijven. De bloote mededeeling
van schrijvers inzicht kan mij (en ik denk niemand) bekeeren. Doch
ik hoop, dat S-r. (en anderen) de overtuiging zullen kunnen krijgen,
dat de nieuwe school „het juistschieten niet verwaarloozen wil".
Daexg Malolo.
Het eerste leger dat het belangrijke uniform vraagstuk praktisch opge
lost heeft, is het Zweedsche. Het werkje „Die Schwedische Armee
in ihrer gegenwilrtigen Uniformierung" naar officieele bronnen bewerkt
en voorzien van 12 platen in kleurendruk, geeft een overzicht van de
nieuwe en oude uniform.
Onderstaande gegevens zijn uit dat werkje geput.
Nieuwe uniform model 1906. In 1906 werd voor alle wapensoorten
eenzelfde eenheidsuniform ingevoerd, bestaande uit grijze vilthoed met
blauwe voering en aan drie zijden opgeslagen. Aan de linkerzijde zijn