142
waar de reizen grootendeels met staatsspoorwegen geschieden
kost het het gouvernement nagenoeg niets meer om een categorie
van landsdienaren de eerste in stede van de tweede klasse aan
te wijzen. Voor de officieren vooral voor de kapiteins, is het
echter ergerlijk om b. v. een jeugdig rechterlijk ambtenaar van
25 jaar, ondervoorzitter van een landraad op 500, officieel
een hoogere klasse te zien aangewezen.
Bij expeditiën worden auditeurs- militair, soms van jeugdigen
leeftijd dominé's, pastoors, al dadelijk gelijk gesteld met hoofd
officieren.
Zoodra een kapitein den militairen dienst verlaat om over
te gaan in een gelijk gesalarieerde betrekking van burgeramb
tenaar, rijst hij in maatschappelijke positie. Zijne bezoldiging
400 a 450 100 huishuur indemniteit vrije geneesk
behandeling c. q. paardenfourage) doet hem als burgeramb
tenaar behooren tot de hoogere klasse, die bij dienstreizen recht
heeft op de eerste klasse in den trein en f 8.— verblijfkosten
per dag, terwijl hij als kapitein in de 2e klasse reist en ƒ6.—
verblijfkosten voor hem voldoende wordt geacht.
Zelfs heeft men op Atjeh den eigenaardigen toestand gehad,
(ik weet niet of hij nog bestaat), dat een kapitein, chef van
aanleg en exploitatie van een afdeeling van den stoomtram bij
reizen f 6.— daags declareerde, terwijl de onder hem gestelde
civiele ingenieurs op f 500 tractement f 8.per dag verblijf
kosten genoten.
Als toppunt van de geringe waardeering van den officiers
stand van wege het gouvernement kan zeker nog dienen de
circulaire van den gouvts. secretaris van 10 Februari '08 no. 484,
aan het leger bekend gemaakt bij A. O. no. 31 van 1908.
Daarbij zijn regelen gesteld omtrent de preseance bij officieele
ceremonieele en feestelijke gelegenheden en is als hoofdbeginsel
aangenomen, dat de rangschikking in het algemeen geschiedt
naar het actueel genoten maandelijksch tractement. Alle sub
alterne officieren genieten minder dan 500.— tractement en
kunnen zich dus rekenen door het qouvernement gesteld te zijn
beneden jeugdige rechterlijke ambtenaren en referendarissen,
beneden onderwijzers, veeartsen met eenigen diensttijd enz. enz.
die een tractement van 500 genieten.