276 Frankrijk, Peloton des (IMingres, (Ongesdiiktenafdeeling), Rusland, Oefeningen der militaire Wielrijders. Een bataljon militaire wielrijders werd in den afgeloopen zomer samen gesteld om deel te nemen aan de legermanoeuvres bij de Noordpartij te Chaumont sur Loire. De vier compagnieën waaruit het werd gevormd, zijn gelegerd te Longwy, Stenay, Saint-Mihiel en Saint-Nicolas. Elke compagnie is 150 man sterk en wordt vergezeld door een bagagewagen. De afstand, die de compagnieën hebben af te leggen tot aan het punt van samenkomst bedroeg 500 580 K.M., de dagmarsch was in doorsnede 55 KM. De commandant van het 11de Legerkorps, generaal Jourdy, wil vanaf 1 October bij elk regiment een „peloton des malingres" oprichten, waarin alle zwakke soldaten zullen worden opgenomen, benevens diegenen, wier africhting door een landurig verblijf in het hospitaal ten achter is. De afdeeling zal worden gesteld onder een kapitein van het „cadre complementaire terwijl er tevens bij worden ingedeeld een luitenant en verschillend kader met een „caractère trés doux"!, terwijl een offi cier van gezondheid er toezicht op zal houden. Deze organisatie is echter een voorlooper voor iets beters, want de commandant wenscht een sanatorium te stichteD, waarin alle zieken van het Legerkorps herstel zullen kunnen vinden. (Mil. Wochenblatt No. 111). De eersle cursus uoor Stabskapitans (aspirant compagniescommandanten). Van de ingevolge een prika van begin 1908 nog datzelfde jaar in verschillende militaire districten te nemen proeven met cursussen voor Stabskapitans, die voor bevordering tot kapitein en comp. comdt in aanmerking komen, hebben die in het district Moskou plaats gehad. Het aantal opgeroepenen bedroeg 66, verdeeld in twee gelijke parallel klassen. Eenige cavalerie- en kozakkenofficieren namen aan den cursus deel om inzicht te krijgen in den infanteriedienst. Alle Stabskapitans waren bij hunne korpsen aan een voorexamen onderworpen. Elke cursus stond onder leiding van een generaal-majoor en was in groepen van 10-12 man verdeeld. Elke groep had als leider voor de taktisehe oefeningen een officier van den generalen staf en voor de schietoefening een troepenhoofd officier. Bovendien was voor elk der beide klassen een hoofdofficier van de genie en een artillerieofficier aangewezen. Volgens het programma zou de cursus zes weken duren maar door verschillende omstandigheden werden slechts 30 dagen oefeningen gehou den en wel in doorsnee 3 uur 's morgens en 2 uur 's middags. Aan troepen waren beschikbaar voor den cursus: 1 infanteriebrigade, 1 artil- lerieafdeeling en 2 escadrons waarbij 4 machinegeweren met bereden bediening. De meesfe oefeningen (43) waren aan het schieten gewijd waarvan: J 7 Schoolschieten3 tot voorbereiding van gevechtsschieten; 2 idem

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 300